HOOFDSTUK -3: GEBRUIK VAN HET APPARAAT
Aan/uit-modus vak
Tegelijkertijd uitschakelen van zone 1, zone 2 en het koelvak;
• Houd de knoppen [mode] en [cooler] gedurende 3 seconden tegelijkertijd ingedrukt. Alle afbeeldingen die het
uitgeschakelde deel weergeven verdwijnen van het digitale aanduidingspaneel.
of
• Houd de knoppen [mode] en [zone 2] gedurende 3 seconden tegelijkertijd ingedrukt. Alle afbeeldingen die het
uitgeschakelde deel weergeven verdwijnen van het digitale aanduidingspaneel.
Druk om het vak zone 1 uit te schakelen
tegelijkertijd op de knoppen [mode] en [zone 1] gedurende 3 seconden. Alle afbeeldingen die het uitgeschakelde deel
weergeven verdwijnen van het digitale aanduidingspaneel.
Gebruik dezelfde combinatie van knoppen om het uitgeschakelde vak opnieuw te activeren.
Een vriesvak bij behoefte gebruiken als koelvak
Het vak linksonder in het apparaat kan zowel als vriesvak of als koelvak worden gebruikt.
Druk gedurende 3 seconden op knop [zone 1] om het vak linksonder te veranderen van vriesvak naar koelvak.
Belangrijk: Als zone 1-vak van vriesvak naar koelvak wordt omgezet:
• Maak het zone 1-vak leeg en houd de deur gedurende vier uur gesloten. Daarna kunt u etenswaar in het vak
plaatsen.
• Korven en/of schappen die uit het vak zijn verwijderd, moeten teruggeplaatst worden.
• Om de ondervakken weer te gebruiken als koelvak of vriesvak, moet u de knop voor het desbetreffende vak
weer 3 seconden indrukken.
Belangrijk: Als zone 1-vak van koelvak naar vriesvak wordt omgezet:
• Maak het zone 1-vak leeg en houd de deur gedurende twee uur gesloten. Daarna kunt u etenswaar in het vak
plaatsen.
• Als het zone 1-vak als koelvak wordt gebruikt en het apparaat naar de vakantie- of economische stand wordt
geschakeld, blijft zone 1-vak werken als
Waarschuwingen voor temperatuurinstellingen
• Het wordt voor het prestatievermogen niet aangeraden uw koelkast te laten werken in omgevingen die kouder
zijn dan 10°C.
• Temperatuuraanpassingen moeten worden uitgevoerd in overeenstemming met het aantal malen dat de deur
wordt geopend, de hoeveelheid etenswaar dat in de koelkast wordt bewaard en de omgevingstemperatuur van
waar de koelkast bevindt.
• Uw koelkast moet nadat de stekker in het stopcontact is gestoken in overeenstemming met de
omgevingstemperatuur tot 24 uur zonder onderbreking in werking worden gehouden om deze volledig te
koelen. Tijdens deze periode dient u de deuren van uw koelkast niet frequent te openen en de koelkast niet
overmatig te vullen.
• De koelkast is voorzien van een vertraagfunctie van 5 minuten om schade aan de compressor te voorkomen die
op kan treden als u de stekker uittrekt en deze weer in het stopcontact steekt of in geval van een stroomstoring.
Uw koelkast zal na 5 minuten normaal gaan werken.
• Uw koelkast is ontworpen om te werken in intervallen van omgevingstemperatuur zoals gespecificeerd in de
normen volgens de klimaatklasse die op het typeplaatje staat vermeld. We raden u met betrekking tot de
koeleffectiviteit niet aan de koelkast te laten werken buiten de aangegeven temperatuurlimieten.
• Dit apparaat is ontworpen voor gebruik in een omgevingstemperatuur tussen de 10°C - 43°C.
Opmerking: Als de omgevingstemperatuur hoger is dan 42°C,
kan de temperatuur voor het vak niet ingesteld worden op -23°C
of -24°C. Het kan alleen ingesteld worden op -16°C, -17°C, -18°C,
-19°C, -20°C, -21°C,of -22°C.
Temperatuurindicator
Om u te helpen uw koelkast beter in te kunnen stellen, hebben we deze uitgerust met een temperatuurindicator
in de koudste zone.
Om uw etenswaren beter te kunnen bewaren in uw koelkast, in het bijzonder in de koudste zone, moet u
controleren dat het bericht "OK" verschijnt op de temperatuurindicator. Als "OK" niet verschijnt, betekent dit
dat de temperatuurinstelling niet correct uitgevoerd werd.
"OK" verschijnt in het zwart en het zal dus moeilijk zijn deze indicatie te zien als de temperatuurindicator
slecht verlicht is. Om de indicatie correct te zien, moet er voldoende licht zijn.
Iedere maal de temperatuurinstellingen gewijzigd worden, moet u wachten tot de temperatuur in het apparaat
gestabiliseerd is voor u doorgaat, indien noodzakelijk, met een nieuwe temperatuurinstelling. Wijzig de positie van de
temperatuurindicator progressief en wacht minimum 12 uur voor u een nieuwe controle en mogelijk wijziging uitvoert.
OPMERKING: Na het herhaalde openen (of langdurig openen) van de koelkast of nadat u nieuwe etenswaren in
het apparaat hebt geplaatst, is het normaal dat de "OK" indicatie niet verschijnt in de temperatuurindicator. Indien
koelvak.
Klimaatklasse
NL -47-
Omgevingstemperatuur
T
Tussen 16 en 43 (°C)
ST
Tussen 16 en 38 (°C)
N
Tussen 16 en 32 (°C)
SN
Tussen 10 en 32 (°C)
C
o
OK