Technische Gegevens - Grohe 34 103 Manual Del Usuario

NL
Toepassingsgebied
Thermostaatkranen zijn ontworpen voor levering van warm water
via drukboilers en garanderen in deze toepassing de beste
temperatuurprecisie.
Thermostaatkranen kunnen niet worden gebruikt in combinatie met
lagedrukboilers.
Alle thermostaatkranen worden in de fabriek op een waterdruk van
3 bar (aan beide kanten) afgesteld.
Een bijkomende afsluitkraan is enkel nodig wanneer nog andere
aftappunten via het onderste gedeelte worden aangesloten.

Technische gegevens

Min. waterdruk zonder nageschakelde weerstanden
Min. waterdruk met nageschakelde weerstanden
Max. werkdruk
Aanbevolen waterdruk
Testdruk
Opbrengst bij 3 bar vloeistofdruk
Max. watertemperatuur bij warmwatertoevoer
Aanbevolen max. aanvoertemperatuur (energiebesparing)
Veiligheidsblokkering
Warmwatertemperatuur bij netaansluiting min. 2
mengwatertemperatuur
Warmwateraansluiting - W - (- H -)
Koudwateraansluiting - K - (- C -)
Min. doorstroming
Bij een waterdruk van meer dan 5 bar raden wij aan, drukreduceer-
ventielen in de netleiding te monteren.
Attentie bij vorst
Bij het leeg laten lopen van de waterleidingen in huis, mag u niet
vergeten de thermostaten afzonderlijk leeg te maken, omdat er
terugslagkleppen in de koud- en warmwateraansluiting zitten.
Hierbij moet u de complete thermostaat inbouwelementen en
terugslagkleppen demonteren.
Ruwe installatie
- Voorbereiding inbouwwand: maak gaten voor de thermostaat-
mengkraan alsook sleuven voor de buisleidingen.
- Neem de juiste inbouwdiepte volgens het inbouwsjabloon, zie
fig. [1], in acht.
x = Bovenkant wandtegel
y = Voorkant inbouwsjabloon
z = Steunpunten waterpas
- Monteer de thermostaat vertikaal, horizontaal en gelijklopend
met de wand, zie fig. [2]. (Leg de waterpas op de nokken of op
de steunpunten aan de voorkant van het inbouwsjabloon.)
- Monteer de thermostaat-inbouwelementen (onzichtbaar, inbouw-
model) in de wand en sluit de buisleidingen aan. Zie fig. [3]. Om
de kraan nog makkelijker tegen de wand te bevestigen werden
op het kraanhuis bevestigingsgaten (A) voorgeboord. Zie fig. [2].
- Een soldeerverbinding tussen buisleidingen en kraanhuis is
niet toegelaten, omdat dit de ingebouwde terugslagkleppen kan
beschadigen.
- De niet gebruikte aansluitopening dicht u met schroefdraadstop
af.
Belangrijk !
De warmwaterleiding moet u links (markering W (H) op het
kraanhuis) en de koudwaterleiding rechts (markering K (C) op
het kraanhuis) aansluiten.
Attentie !
De bovenste kraanuitgangen worden in de fabriek afgesloten.
Dichtheidscontrole van leidingen en koppelingen van
het inbouwelement voor de thermostatische mengkraan.
1. Draai de schroeven (B) los en verwijder de inbouws-
jabloon (C). Zie afb. [5].
2. Steek de bijliggende imbussleutel (D) loodrecht op de
afsluitspindel (E). Zie afb. [4].
3. Draai de imbussleutel (D) naar rechts en sluit de kraanuitgang
naar het bad.
4. Draai de imbussleutel (D) naar links en sluit de kraanuitgang
naar de douche.
5. Draai de imbussleutel (D) weer in de oorspronkelijke positie
(kraan gesloten) en trek hem eraf.
6. Monteer opnieuw de inbouwsjabloon (C).
0.5 bar
1 bar Grondige spoeling van de leidingen.
10 bar
1. Draai de schroeven (B) los en verwijder de inbouws-
1 tot 5 bar
jabloon (C). Zie afb. [5].
16 bar
ca. 38 l/min
2. Sluit de kouden warmwatertoevoer.
q
80 C
3. Schroef de terugslagkleppen (G) eruit. Zie afb. [5].
60 q C
q
38 C
4. Schroef de spoelstop (H) in de vrije zitting van de
q C hoger dan de
terugslagklep. Zie afb. [6].
5. Open de kouden warmwatertoevoer en spoel grondig de
links
leidingen.
rechts
6. Sluit de kouden warmwatertoevoer, verwijder de spoelstop (H)
5 liter/min
en schroef de terugslagkleppen (G) er weer in.
7. Open de koud- en warmwatertoevoer.
8. Steek de bijliggende imbussleutel (D) vertikaal op de
afsluitspindel (E). Zie afb. [4].
9. Draai de imbussleutel (D) naar rechts en spoel grondig de
kraanuitgang naar het bad.
10. Draai de imbussleutel (D) naar links en spoel grondig de
kraanuitgang naar de douche.
11. Draai de imbussleutel (D) weer in de oorspronkelijke positie
(kraan gesloten) en trek hem eraf.
12. Monteer opnieuw de inbouwsjabloon (C).
Bepleister de muur en breng tegels aan tot tegen de inbouw-
sjabloon. Bescherm de muuropeningen tegen spatwater.
x Voeg de in mortel gelegde tegels.
x Dicht prefabwanden met elastische middelen.
Verwijder de inbouwsjabloon niet voordat alles gemonteerd en
afgewerkt is.
6