16. Zorg ervoor dat geen steenslag, stof of grond
vast komt te zitten op/in de aansluitpunten,
openingen en groeven van de accu. Hierdoor
kan oververhitting, brand, een barst en een storing
in het gereedschap of de accu ontstaan waardoor
brandwonden of persoonlijk letsel kunnen ontstaan.
17. Behalve indien gebruik van het gereedschap is toe-
gestaan in de buurt van hoogspanningsleidingen,
mag u de accu niet gebruiken in de buurt van een
hoogspanningsleiding. Dit kan leiden tot een storing
of een defect van het gereedschap of de accu.
18. Houd de accu uit de buurt van kinderen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
LET OP:
Gebruik uitsluitend originele Makita
accu's. Het gebruik van niet-originele accu's, of
accu's die zijn gewijzigd, kan ertoe leiden dat de accu
ontploft en brand, persoonlijk letsel en schade veroor-
zaakt. Ook vervalt daarmee de garantie van Makita
op het gereedschap en de lader van Makita.
Tips voor een maximale levens-
duur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad
de accu op telkens wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit
opnieuw op. Te lang opladen verkort de
levensduur van de accu.
3.
Laad de accu op bij een omgevingstempera-
tuur tussen 10 °C en 40 °C. Laat een warme
accu afkoelen alvorens hem op te laden.
4.
Als de accu niet wordt gebruikt, verwijdert u
hem vanaf het gereedschap of de lader.
5.
Laad de accu op als u deze gedurende een lange
tijd (meer dan zes maanden) niet gaat gebruiken.
Belangrijke veiligheidsinstructies
voor de draadloos-eenheid
1.
Haal de draadloos-eenheid niet uit elkaar en
knoei er niet aan.
2.
Houd de draadloos-eenheid uit de buurt van
kinderen. Indien per ongeluk ingeslikt, raad-
pleegt u onmiddellijk een arts.
3.
Gebruik de draadloos-eenheid uitsluitend met
Makita-gereedschap.
4.
Stel de draadloos-eenheid niet bloot aan regen
of natte omstandigheden.
Gebruik de draadloos-eenheid niet op plaatsen
5.
waar de temperatuur hoger is dan 50 °C.
6.
Bedien de draadloos-eenheid niet op plaatsen
in de buurt van medische instrumenten, zoals
een pacemaker.
7.
Bedien de draadloos-eenheid niet op plaatsen
in de buurt van geautomatiseerde apparaten.
Bij bediening ervan kan in de geautomatiseerde
apparaten een storing of fout optreden.
Bedien de draadloos-eenheid niet op plaatsen
8.
met een hoge temperatuur of op plaatsen waar
statische elektriciteit of elektrische ruis kan
worden gegenereerd.
9.
De draadloos-eenheid kan elektromagnetische
velden genereren, maar deze zijn niet schade-
lijk voor de gebruiker.
10. De draadloos-eenheid is een nauwkeurig instru-
ment. Wees voorzichtig dat u de draadloos-een-
heid niet laat vallen of ergens tegenaan stoot.
11.
Raak de aansluitpunten van de draadloos-een-
heid niet aan met blote handen of metaalach-
tige materialen.
12. Verwijder altijd de accu uit het apparaat wan-
neer u de draadloos-eenheid erin aanbrengt.
13. Open de afdekking van de gleuf niet op plaat-
sen waar stof of vocht in de gleuf kan binnen-
dringen. Houd de ingang van de gleuf altijd
schoon.
14. Breng de draadloos-eenheid altijd in de juiste
richting aan.
15. Druk niet te hard op de knop voor draad-
loos inschakelen op de draadloos-eenheid
en/of druk niet op de knop met een scherp
voorwerp.
16. Sluit altijd de afdekking van de gleuf tijdens
gebruik.
17. Verwijder de draadloos-eenheid niet uit de
gleuf terwijl voeding wordt geleverd aan het
gereedschap. Als u dit doet, kan een storing
optreden in de draadloos-eenheid.
18. Verwijder de sticker op de draadloos-eenheid niet.
19. Plak geen stickers op de draadloos-eenheid.
20. Laat de draadloos-eenheid niet liggen op een
plaats waar statische elektriciteit of elektrische
ruis kan worden gegenereerd.
21. Laat de draadloos-eenheid niet liggen op een
plaats die is blootgesteld aan hoge tempe-
raturen, zoals in een auto die in de zon staat
geparkeerd.
22. Laat de draadloos-eenheid niet liggen op een
plaats met veel stof of poeder, of op een plaats
waar corrosief gas kan worden gegenereerd.
23. Door een plotselinge verandering in tempe-
ratuur kan condens op de draadloos-eenheid
worden gevormd. Gebruik de draadloos-een-
heid niet voordat de condens volledig is
verdampt.
24. Veeg de draadloos-eenheid voorzichtig
schoon met een droge, zachte doek. Gebruik
geen wasbenzine, thinner, geleidend vet en
dergelijke.
25. Bewaar de draadloos-eenheid in de bijgele-
verde doos of een antistatische container.
26. Breng geen andere apparaten dan een draad-
loos-eenheid van Makita aan in de gleuf van
het gereedschap.
27. Gebruik het gereedschap niet als de afdekking
van de gleuf beschadigd is. Water, stof en vuil
die in de gleuf binnendringen, kunnen een storing
veroorzaken.
28. Trek en draai niet meer dan nodig is aan de
afdekking van de gleuf. Plaats de afdekking
terug als deze los komt van het gereedschap.
29. Vervang de afdekking van de gleuf als deze
verloren of beschadigd is.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
67 NEDERLANDS