geregeld. Dat betekent dat de spanning wordt verhoogd bij lagere temperaturen en verlaagd bij hogere
temperaturen. Aanpassing: -0,04V / cel / °C boven of onder 20 °C (68 °F).
NIEUWE ACCU'S: Altijd opladen voorafgaand aan het eerste gebruik. Nieuwe accu's LFP//LiFePO
onderhevig aan internationale transportbeperkingen en mogen alleen met een laadniveau van 30% of minder
worden geleverd. Tijdens de opslag kan de accu nog meer aan laadniveau verloren zijn. Accu's die zijn voorzien
van bescherming tegen overladen die gereset kan worden, worden mogelijk geleverd in 'slaapmodus', d.w.z. de
stroom naar de positieve accupool is intern losgekoppeld, d.w.z. er wordt geen voltage gemeten bij de accupolen.
ZEER LEGE, VERWAARLOOSDE ACCU'S: Een LiFePO4-accu die gedurende een lange tijd diep ontladen is kan
permanente schade ontwikkelen in een of meerdere cellen, die extreem heet kunnen worden tijdens het laden.
De OptiMate PRO DUO beperkt de laadstroom als het voltage onder het nominaal (12V /12,8V) komt en het
programma zou duidelijke celschade moeten detecteren en automatisch moeten stoppen met laden, maar het
blijft essentieel om de accutemperatuur tijdens het eerste uur, en daarna elk uur, in de gaten te houden. Als
de accu op enig moment te warm wordt om aan te raken of als u ongebruikelijke tekenen opmerkt, KOPPEL DE
LADER ONMIDDELLIJK LOS.
B. AANSLUITEN OP DE ACCU
1. Voordat u de lader aan de accu koppelt moet u de accu altijd fysiek inspecteren, zelfs als deze nieuw
is. Een beschadigde accu kan oververhit raken en explosieve gassen uitstoten en kan zelfs ontbranden
tijdens het opladen. LAAD DE ACCU NIET OP als u een van de volgende zaken observeert: vervorming
van de behuizing, zoals bolvormigheid, scheuren of spanningsbreuken, losse accupolen, of elk ander soort
lekken. Lekken bevestigt dat een onherstelbaar beschadigde cel is gebarsten. De vloeibare elektrolyt is licht
ontvlambaar, bijtend en bekend als kankerverwekkende stof.
Zorg ervoor dat de plus- en minpolen niet met elkaar in contact komen. Door kortsluiting van de positieve en
negatieve polen kan de accu gas met een zeer hoge temperatuur laten ontsnappen (ook wel bekend als thermal
runaway). Het vrijkomen van gas met een hoge temperatuur zal onherstelbare schade aan de motorfiets en / of
ernstig persoonlijk letsel of de dood tot gevolg hebben.
Als de accu in gebruik is of wordt opgeladen en deze een geur afgeeft, warmte genereert, vervormt, verkleurt of
abnormaal lijkt, stop dan onmiddellijk met het gebruik of koppel de accu los van de oplader.
2. Schakel de AC-voeding uit met behulp van de AAN / UIT-tuimelschakelaar (SW1) aan de zijkant van de
behuizing voordat u DC- / accuverbindingen maakt of verbreekt. (Zie afbeelding 1 op pagina 2).
3. 3. Bij het voorbereiden van een accu voorafgaand aan montage, of het opladen van een gebruikte accu in het
aangewezen gebied voor accuvoorbereiding, moet u altijd de clipset voor gezekerde accu's gebruiken. Sluit
eerst de rode (POS / +) accuclip aan de positieve (POS / +) accupool aan en sluit vervolgens de zwarte (NEG / - )
accuclip aan de negatieve (NEG / - ) accupool aan.
4. Als u verbinding maakt met een accu die in een motorfiets is geïnstalleerd,
a) a) met de meegeleverde O-14 gezekerde accuclips: voordat u ze aansluit moet u eerst controleren of de
accuclips veilig en stevig kunnen worden aangebracht, uit de buurt van omliggende bedrading, metalen
buizen of het chassis. Maak de aansluitingen op deze volgorde: Verbind eerst de rode (POS / +) accuklem
met de positieve (POS / +) accupool (normaal gesproken niet verbonden met het chassis), sluit vervolgens
de zwarte (NEG / -) accuklem aan op de negatieve (NEG / -) accu aansluiting of op het chassis ver weg van
de accu en brandstofleiding. Ontkoppel altijd in omgekeerde volgorde.
b) met een vooraf gemonteerde aan de accu gezekerde O-01-kabel of andere geschikte stroomconnector (als
de DIN-aansluiting wordt genoemd als het aansluitingspunt): voorafgaand aan het aansluiten moet u de
connector, kabels naar de accu en de aansluiting op de accu inspecteren.
40
zijn
4