Status - IP Config
(Status – IP-configuratie)
De tab IP-configuratie toont de
informatie van de huidige host en
de WLAN-dongle, inclusief de naam
van de host, DNS-servers, IP-adres,
subnetmasker en standaardgateway.
Knop
IP Release (IP vrijgeven) - Wilt u
het huidige IP-adres verwijderen, klik dan op deze knop om het IP-adres te
verwijderen van de DHCP-server.
IP Renew (IP vernieuwen) - Wilt u een nieuw IP-adres van de DHCP-server
ontvangen, klik dan op deze knop om het IP-adres te vernieuwen.
Ping - Klik op deze knop om het tabblad "Ping" te openen waarmee de
apparaten in het netwerk gepingd kunnen worden.
OPMERKING: De knoppen IP vrijgeven en IP vernieuwen kunnen alleen
worden gebruikt als de WLAN-dongle is ingesteld om een IP-adres van de
DHCP-server te krijgen.
Status - Ping
Klik op de knop "Ping" op het tabblad
Status-IP Config om deze pagina
te openen. Met deze tab kunt u
controleren of andere computers of
netwerkapparaten toegankelijk zijn.
Een verbinding pingen:
1. Typ in het veld IP-adres het IP-
adres van het apparaat dat u wilt
controleren.
2. Configureer de pingsessie door de pakketgrootte en het aantal pakketen op
te geven, alsmede de tijd dat er gewacht moet worden (in milliseconden).
3. Klik op de knop "Ping".
Tijdens het pingen verandert de knop in een Stop-knop. Om het pingen te
annuleren, klikt u op "Stop".
Het sessieveld toont informatie over de gecontroleerde verbinding, inclusief
de tijd voordat het antwoord kwam (minimum, maximum en gemiddeld) en het
aantal verzonden, ontvangen en zoekgeraakte pakketten na een pingsessie.
Klik op "Clear" ("Wissen") om het sessieveld leeg te maken.
"Clear" ("Wissen") om het sessieveld leeg te maken.
om het sessieveld leeg te maken.
ASUS WLAN-dongle
Snelle startgids
297