nld
Lees de handleiding vóór de ingebruikname
Gebruik oogbescherming
Gebruik handbescherming
Elektrisch gereedschap voldoet aan beschermingsgraad I
Milieuvriendelijke verwijdering
CE-conformiteitsmarkering
1. Technische gegevens
Beoogd gebruik
WAARSCHUWING
REMS E-Push 2 is bedoeld voor de druk- en dichtheidstest van leidingsystemen en
tanks. Elk ander gebruik is oneigenlijk en daarom niet toegestaan.
1.1. Leveringsomvang
Elektrische afperspomp met manometer. 1,5 m anzuigslang met ½"-aansluiting,
aanzuigfilter, afdichting, aanzuigfilter met terugslagklep. 1,5 m hogedrukslang
met ½"-aansluiting, 2 afdichtingen. Handleiding.
1.2. Artikelnummers
Elektrische afperspomp
Aansluitstuk met manometer 6 MPa/60 bar /870 psi
en afsluitventiel
Manometer met fijne schaalverdeling 1,6 MPa/16 bar /230 psi
1.3. Werkgebied
Vloeistoffen
Maximale druk
Drukbegrenzing instelbaar vanaf
in stappen van
Manometer 6 MPa (60 bar/870 psi), met glycerine gedempt
Maximale pompcapaciteit
Temperatuur van de vloeistoffen
Opslagtemperatuur
pH-waarde van de vloeistoffen
Viscositeit van de vloeistoffen
Zelfaanzuigende pomp
1.4. Elektrische gegevens
Beschermingsgraad
Bedrijfswijze
1.5. Afmetingen
1.6. Gewicht
1.7. Geluidsinformatie
Emissiewaarde op de
werkplaats
2. Inbedrijfstelling
2.1. Elektrische aansluiting
WAARSCHUWING
Neem de netspanning in acht! Alvorens de elektrische afperspomp aan te
sluiten, dient te worden gecontroleerd of de spanning die op het typeplaatje is
aangegeven, overeenkomt met de netspanning. Op bouwplaatsen, in vochtige
omgevingen, in binnen- en buitenruimten of bij soortgelijke opstellingen mag
de elektrische afperspomp uitsluitend op het net worden aangesloten via een
aardlekschakelaar die de stroomtoevoer onderbreekt zodra de lekstroom naar
de aarde gedurende 30 ms de 30 mA overschrijdt. Bij gebruik van een verleng-
kabel moet de kabeldiameter geschikt zijn voor het vermogen van de elektrische
afperspomp. De verlengkabel moet goedgekeurd zijn voor de onder '1.4.
Elektrische gegevens' vermelde beschermingsgraad.
2.2. Drukbegrenzing instellen
VOORZICHTIG
Alvorens de elektrische afperspomp wordt ingeschakeld, dient het drukregel-
ventiel 'Pressure' (8) met een draai naar links helemaal te worden geopend.
Een te hoog vooringestelde druk zou het te controleren leidingsysteem resp.
de te controleren tank kunnen beschadigen.
Het drukregelventiel 'Pressure' (8) kan met de instelschijf drukbegrenzing (11)
in 6 drukniveaus van ca. 0,5 – 6 MPa (5 – 60 bar/73 – 870 psi) worden voor-
ingesteld. Voor een normale druk- en dichtheidstest van leidingsystemen wordt
aanbevolen de instelschijf drukbegrenzing (11) op drukniveau 1 in te stellen.
Zo wordt een ongewenste overbelasting van het leidingsysteem vermeden.
Alleen in speciale gevallen waarvoor een hogere testdruk benodigd is, dienen
de hogere drukniveaus te worden gekozen. Na de druktest met een hogere
testdruk dient de instelschijf weer op het drukniveau 1 te worden teruggezet.
115500
115110
115045
water, waterige oplossingen, emulsies
6 MPa (60 bar/870 psi)
ca. 0,5 MPa (5 bar/73 psi)
ca. 1 MPa (10 bar/145 psi)
klasse 1.6
6,5 l/min (390 l/h)
5 °C – 60 °C
≥ 5 °C
7 – 10
≤ 1,5 mPa s
≤ 500 mm
230 V~; 50 Hz; 1.300 W; 6 A
110 V~; 50 Hz; 1.300 W; 13 A
continubedrijf
395 × 270 × 295 mm (15,6" × 10,6" × 11,6")
10 kg (22 lb)
L
= 77 dB(A); L
= 90 dB(A); K = 3 dB
PA
WA
Om het drukniveau in te stellen, dient u het drukregelventiel 'Pressure' (8) tot
de aanslag te openen (draai naar links), de instelschijf drukbegrenzing (11) in
te drukken en op het gewenste niveau in te stellen.
2.3. Aanzuigslang
Schroef de aanzuigslang (2) met afdichting op de aansluiting voor de aanzuig-
slang (3). De aanzuigslang mag niet worden geknikt. Pomp alleen schone
vloeistoffen. Het aanzuigfilter (4) en het aanzuigfilter met terugslagklep (10)
mogen niet worden verwijderd. Zorg ervoor dat de afperspomp geen lucht
aanzuigt.
2.4. Hogedrukslang
Schroef de hogedrukslang (5) met afdichting op de aansluiting voor de hoge-
drukslang (6).
3. Bedrijf
3.1. Druk- en dichtheidstest van leidingsystemen (norm EN 806-4 en nationale
voorschriften moeten in acht worden genomen)
Het is niet toegestaan de elektrische afperspomp op de openbare watervoor-
ziening aan te sluiten. Het aanzuigen van water mag uitsluitend vanuit een
open reservoir (emmer) gebeuren.
Vul en ontlucht het leidingsysteem, bijv. sanitaire of verwarmingsinstallatie.
Plaats de elektrische afperspomp op een vlakke ondergrond. Steek de aanzuig-
slang (2) met het aanzuigfilter met terugslagklep (10) in een met ca. 10 l water
gevuld reservoir (emmer). Sluit de hogedrukslang (5) aan op de op dichtheid
te testen sanitaire of verwarmingsinstallatie. Open het afsluitventiel 'Test' (7)
en het drukregelventiel 'Pressure' (8). Schakel de elektrische afperspomp met
de aan-uitschakelaar (1) in. Het leidingsysteem staat onder een druk van ca.
0,5 MPa (5 bar/73 psi). Als dit niet het geval is, dan is in het leidingsysteem
een aftappunt geopend. Als de druk moet worden verhoogd, dient het drukre-
gelventiel 'Pressure' (8) gedraaid en de gewenste druk ingesteld te worden:
draaien met de klok mee = drukstijging, draaien tegen de klok in = drukdaling.
Na het bereiken van de gewenste druk moet het afsluitventiel 'Test' (7) worden
gesloten en de elektrische afperspomp met de aan-uitschakelaar (1) worden
uitgeschakeld.
De elektrische afperspomp kan tijdens het verloop van de druktest worden
losgekoppeld van het op dichtheid te testen leidingsysteem, bijv. een sanitaire
of verwarmingsinstallatie, als het aansluitstuk met manometer en het afsluit-
ventiel (12) (toebehoren) tussen de elektrische afperspomp en de op dichtheid
te testen sanitaire of verwarmingsinstallatie wordt gemonteerd (maximale
drukindicatie van de schaalverdeling op de manometer niet overschrijden!). In
dit geval dient na het bereiken van de gewenste druk het afsluitventiel aan het
aansluitstuk (12) gesloten, het drukregelventiel 'Pressure' (8) geopend, de
pomp uitgeschakeld en de hogedrukslang van het aansluitstuk (12) losgekop-
peld te worden.
IP 25
Let op! Alvorens de hogedrukslang (5) wordt losgekoppeld, dient erop te
worden gelet dat de druk volledig is afgelaten. Let op de door de mano-
meter (9) aangegeven druk.
LET OP
Gebruik de elektrische afperspomp niet gedurende een langere periode op een
gesloten installatie of met een gesloten afsluitventiel 'Test' (7). De elektrische
afperspomp kan door oververhitting worden beschadigd. Gebruik de elektrische
afperspomp niet zonder water/vloeistof.
3.2. Pompen van vloeistoffen
WAARSCHUWING
Er mogen geen brandbare vloeistoffen, zuren of oplosmiddelen worden
gepompt! De toelaatbare waarden voor pH, viscositeit en temperatuur van de
vloeistoffen moeten in acht worden genomen (zie '1.3. Werkgebied').
Steek de aanzuigslang (2) met het aanzuigfilter (4) en het aanzuigfilter met
terugslagklep (10) in het reservoir met de vloeistof die moet worden gepompt.
Leidt de hogedrukslang (5) in de tank of installatie die moet worden gevuld.
Open het drukregelventiel 'Pressure' (8) en het afsluitventiel 'Test' (7). Schakel
de pomp in (1) en pomp de vloeistof.
3.3. Beëindiging van het bedrijf
Na het beëindigen van de werkzaamheden moeten het drukregelventiel 'Pres-
sure' (8) en het afsluitventiel 'Test' (7) worden geopend en dient de pomp samen
met de slangen (2) en (5) enkele minuten met schoon water te worden gespoeld.
VOORZICHTIG
De aansluiting voor de aanzuigslang (3) en de aansluiting voor de hogedrukslang
(6) kunnen tijdens de werkzaamheden zeer heet worden. Raak deze niet aan.
Voor het demonteren van de slangen (2) en (5) dient te worden gewacht tot
deze afgekoeld zijn of moet een geschikte handbescherming worden gebruikt.
3.4. Opslag en transport
Om schade te voorkomen, dienen de elektrische afperspomp en de slangen
volledig te worden geleegd. De elektrische afperspomp dient droog te worden
opgeslagen bij ≥ 5 °C.
nld