Silverline 245014 Manual Del Usuario página 26

NL
VERBINDING MET
UW GEREEDSCHAP
VERBINDINGS-
NIPPEL
HOOFDSLANG
Let op: De machine is niet geschikt voor verfapplicaties, tenzij
de olievoorziening volledig afneembaar is en de eenheid grondig
ontvet kan worden
• Laat de luchtdruk niet boven het maximum reiken (zie
specificatie details)
• Zorg dat het water dagelijks uit de luchttoevoer wordt
afgevoerd
• Zorg ervoor dat u de juiste onderdelen (slangen,
bevestigingsonderdelen, etc.) heeft voor het gebruik van de
benodigde luchtdruk
Het vullen van de oliecilinder
WAARSCHUWING: Zorg ervoor dat het luchtsysteem volledig is
afgetapt en de compressor is uitgeschakeld voordat de cilinder
gevuld wordt:
• Verwijder de oliefilterdop (5) met gebruik van een grote
sleufschroevendraaier (niet inbegrepen)
• Vul de oliecilinder (6) maximaal 80% met een geschikte
olie type. Verwijs naar de specificaties voor geschikte
smeermiddelen. GEBRUIK ONDER GEEN ENKELE
OMSTANDIGHEDEN NORMALE MOTOROLIE
• Draai de dop stevig op de eenheid vast
Gebruiksinstructies
WAARSCHUWING: De condensatiecilinder (9) en oliecilinder (6)
bestaan uit polycarbonaat en mogen niet blootgesteld worden
aan temperaturen boven de 50°C
Voor elk gebruik
• Controleer het olieniveau in de oliecilinder (6) en vul deze
wanneer nodig bij
• Laat het olieniveau niet lager dan 20% reiken
• Inspecteer de eenheid en de slangen op beschadiging en
slijtage en vervang wanneer nodig. Beschadigde slangen en
koppelingen mogen niet gebruikt worden
Het verstellen van de luchtdruk
Let op: Sommige machines zijn voorzien van ingebouwde
regulatoren, welke gebruikt worden voor het regelen van de
snelheid/koppelprestatie. Wanneer de machine niet is voorzien
van een ingebouwde regulator kan de prestatie versteld worden
door het aanpassen van de luchtdruk op de luchttoevoer
• VERHOOG de luchtdruk door de drukregelaar (1) omhoog te
trekken en zo te ontgrendelen en naar rechts te draaien. Druk
de drukregelaar omlaag om hem te weer vergrendelen
• VERLAAG de druk door de drukregelaar te ontgrendelen en
naar links te draaien. Druk de drukregelaar omlaag om hem te
weer vergrendelen
WAARSCHUWING: Wanneer een zeer nauwkeurige druk vereist
is, maakt u gebruik van een drukmeter
Het verstellen van de olievoorziening
Let op: Pas de voorziening aan, passend bij de te
gebruiken machine. Verwijs naar de instructies van de
gereedschapsfabrikant
26
WATERSCHEIDING
SNELKOPPELING
VERBINDINGS-
NIPPEL
OLIEBUS
DAGELIJKS
WATERSLANG
AFVOEREN
REGULATEUR
LUCHTTOEVOER
• Draai de verstelschroef (3) om de oliestroming aan te passen:
'1' is een kleine hoeveelheid, '9' is een grote hoeveelheid
• De stroming kan gecheckt worden door het bekijken van het
controlepunt (4)
Let op: Na het verstellen van de luchtdruk hoort de oliestroming
opnieuw verstelt te worden. Wanneer de luchtdruk verhoogt wordt
zal meer olie in de lucht terecht komen en wanneer de luchtdruk
verlaagd wordt zal minder olie in de lucht terecht komen
Het aftappen van de condensatiecilinder
WAARSCHUWING: De eenheid mag enkel schoongemaakt en
afgetapt worden wanneer deze is uitgeschakeld en wanneer het
luchtsysteem vrij is van perslucht
• Vocht en vuil zullen zich in de condensatiecilinder (9)
ophopen en ernstige corrosie in de eenheid en uw machines
veroorzaken indien u het niet verwijderd
• Tap de condensatiecilinder (9) dagelijks af door het ventiel (8)
omlaag te trekken tot alle vloeistof verdwenen is
WAARSCHUWING: Het waterniveau in de cilinder mag niet tot de
dempplaat reiken
Onderhoud
WAARSCHUWING: Schakel de compressor uit en verwijder de
druk uit de luchttoevoer voordat u de machine schoonmaakt of
enig onderhoud uitvoert
WAARSCHUWING: De polycarbonaat cilinders (6 en 9) raken
mogelijk beschadigd wanneer deze in aanraking komen met
bepaalde oplosmiddelen of sterke schoonmaakmiddelen
Schoonmaak
• Druk de cilinder ontgrendelknop (10) in en draai de cilinder
links- of rechtsom tot de bajonetkoppeling ontgrendelt en u de
cilinder kunt uitnemen
• Maak de cilinders met een licht schoonmaakmiddel en een
vezelvrije doek schoon
• Spoel de cilinders met koud water schoon en droog de
cilinders grondig
• Voordat u de eenheid weer in elkaar zet, controleert
u of de O-ring schoon en onbeschadigd is. Koppel de
bajonetkoppeling en draai de cilinder tot de ontgrendelknop in
de vergrendelpositie klikt
Let op: De oliecilinder (6) hoeft normaal gesproken niet
schoongemaakt te worden. Wanneer schoonmaak toch vereist
is, volgt u bovenstaande punten op. Leeg de cilinderinhoud in
een geschikte, afsluitbare bak en gooi de olie volgens wetten en
voorschriften weg
Verwijdering
• Pneumatische machines mogen niet met uw huishoudelijk
afval worden weggegooid
• Pneumatische machine bevatten mogelijk sporen van olie en
andere smeermiddelen
• Leeg de cilinderinhoud in een geschikte, afsluitbare bak en
gooi de olie volgens wetten en voorschriften weg voordat u de
machine weggooit
• Neem contact op met uw gemeente voor informatie
betreffende de verwijdering van pneumatisch gereedschap