als getoond in afb. 22 in de houders steken.
De beste resultaten voor levensduur en maai-
vermogen bereikt u altijd, wanneer accu's met
dezelfde capaciteit vanaf 3,0 Ah worden ingezet.
Daarnaast bestaat de mogelijkheid om de tege-
nover elkaar gelegen accuhouders A en B (afb. 2)
uit te rusten met verschillende accucapaciteiten.
Houd er echter rekening mee dat een accubank
altijd moet worden gevoed door accu's met de-
zelfde capaciteit (afb. 27).
Zo kunt u bijvoorbeeld een accubank uitrusten
met 2x 4,0Ah accu's, terwijl de accubank aan de
tegenover gelegen zijde is uitgerust met 2x 3,0Ah
accu's.
Aanwijzing!
Gebruik alleen accu´s met dezelfde vulstand,
combineer nooit volle en halfvolle accu´s met el-
kaar. Laad beide/alle accu´s altijd gelijktijdig op.
De accu met de zwakkere laadtoestand bepaalt
de looptijd van het apparaat. Vóór bedrijf moeten
altijd beide/alle accu´s vol worden geladen. Sluit
het accudeksel door het dicht te klappen en let
erop dat het goed inklikt.
Accu-capaciteitsindicatie (afb. 20)
Druk op de schakelaar voor accu-capaciteitsindi-
catie (afb. 20/pos. A). De accu-capaciteitsindicatie
(afb. 20/pos. B) signaleert de laadtoestand van de
accu aan de hand van 3 LEDs.
Alle 3 LEDs branden:
De accu is vol geladen.
2 of 1 LED(s) branden:
De accu beschikt over voldoende restlading.
1 LED knippert:
De accu is leeg, laad de accu op.
Alle LEDs knipperen:
De temperatuur van de accu is te laag. Verwijder
de accu van het apparaat en laat de accu één
dag liggen bij ruimtetemperatuur. Als de fout
opnieuw optreedt, dan werd hij diep ontladen en
is hij defect. Neem de accu van het apparaat. Een
defecte accu mag niet meer gebruikt resp. gela-
den worden.
Voorzichtig!
Parkeer de grasmaaier niet in de zon. Erin ge-
plaatste accu's kunnen ontoelaatbaar warm
worden.
Anl_GP_CM_36_47_S_HW_Li_SPK13.indb 112
NL
6. Bediening
Voorzichtig!
De gazonmaaier is voorzien van een veiligheids-
schakeling om onbevoegd gebruik te voorkomen.
Onmiddellijk vóór inbedrijfstelling van de gras-
maaier de veiligheidsstekker (afb. 17) insteken en
bij elke onderbreking of beëindiging van het werk
de veiligheidsstekker weer uittrekken.
Aanwijzing!
Om veiligheidsredenen is het niet mogelijk om de
accu-grasmaaier te starten bij een aanzethoek
van meer dan ~70° ± 10°.
Voorzichtig!
Om een onopzettelijk inschakelen te verhinderen
is de grasmaaier uitgerust met een inschakelblok-
kering (afb. 17/pos. 8), die moet worden ingedrukt
voordat de schakelbeugel (afb. 16/pos. 1) kan
worden geactiveerd. Als de schakelbeugel wordt
losgelaten, dan wordt de grasmaaier uitgescha-
keld. De starttijd kan enkele seconden bedragen
(om het startproces van de grasmaaier te verge-
makkelijken deze licht naar achter kantelen (afb.
25)). In het onbelast bedrijf wordt het toerental
na enkele seconden verlaagd en bij belasting na
enkele seconden weer verhoogd. Voer deze pro-
cedure meermaals uit om er zeker van te zijn dat
uw apparaat correct werkt. Voordat u reparatie- of
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
verricht, moet u zich ervan vergewissen dat het
mes niet draait, de veiligheidsstekker (12) werd
uitgetrokken en de accu's (16) verwijderd werden.
Waarschuwing! Open de uitwerpklep nooit
als de opvanginrichting wordt leeggemaakt
en de motor nog loopt. Het roterende mes
kan verwondingen veroorzaken.
Maak de uitwerpklep of de grasopvangkorf altijd
zorgvuldig vast. Bij het verwijderen eerst de motor
uitschakelen en de veiligheidsstekker (12) uitt-
rekken.
Rijaandrijving
Wanneer u de rijhendel/koppelingshendel (afb.
16, pos. 20) bedient, dan wordt de koppeling voor
de rijaandrijving gesloten en de grasmaaier be-
gint met lopende motor te rijden. Laat de rijhendel
op tijd los om de rijdende grasmaaier te stoppen.
Oefen het wegrijden en stoppen voordat u voor
de eerste keer gras maait, tot u vertrouwd bent
met het rijgedrag.
- 112 -
25.08.2021 13:14:45