NEDERLANDS
(Vertaling van de originele instructies)
NIET op bij een luchttemperatuur lager dan +4,5 °C of
hoger dan +40 °C. Dit is belangrijk en zal voorkomen dat
de accu ernstig beschadigd raakt.
De lader en de accu zullen tijdens het opladen misschien
u
warm aanvoelen. Dat is normaal en wijst niet op een
probleem. U kunt het koelen van de accu na gebruik
bevorderen door de lader of de accu niet in een warme
omgeving te plaatsen, zoals een metalen loods of een
ongeïsoleerde aanhanger.
Als de accu niet goed wordt opgeladen:
u
Controleer de werking van het stopcontact door er een
u
lamp of een ander apparaat op aan te sluiten;
Controleer of het stopcontact misschien is aangesloten
u
op een lichtschakelaar die het stopcontact stroomloos
maakt wanneer u de verlichting uitschakelt.
Breng de lader en de accu naar een plaats waar de
u
omringende luchttemperatuur ongeveer 18 ° – 24 °C
is;
Als de problemen met het laden aanhoudende, breng
u
het gereedschap, de accu en de lade dan naar het
servicecentrum bij u in de buurt.
De accu moet worden opgeladen wanneer de accu niet
u
voldoende vermogen levert voor werkzaamheden
die eerder gemakkelijk werden uitgevoerd. GA NIET
DOOR met uw werkzaamheden onder dergelijke
omstandigheden. Volg de procedure voor het opladen. U
kunt ook een gedeeltelijk ontladen accu opladen wanneer
u dat wilt, zonder dat dat negatieve gevolgen heeft voor
de accu.
Materiaal met geleidende eigenschappen zoals, maar niet
u
bij uitsluiting, slijpstof, metaalsnippers, staalwol,
aluminiumfolie of een verzameling van metaaldeeltjes
moet uit de openingen van de lader worden
weggehouden. Trek de stekker van de lader uit het
stopcontact voordat u de acculader schoonmaakt.
Bescherm de lader tegen vorst en dompel de lader niet
u
onder in water of een andere vloeistof.
De accu in het gereedschap plaatsen of uit het
gereedschap nemen (afb. B)
Waarschuwing!
Controleer dat de knop voor vergrendeling
in de uit-stand (2) is ingeschakeld, zodat de schakelaar niet
kan worden bediend, en verwijder of plaats daarna pas de
accu.
Accu plaatsen:
Steek de accu (7) in het gereedschap zodat u de accu
u
hoort vastklikken (afb. B)
De accu uit het gereedschap nemen (afb. C)
Druk de accuvrijgaveknop (8) in zoals wordt getoond in
u
(afb. C) en trek de accu uit het gereedschap.
44
Bedieningsinstructies
Aan/uit-schakelaar & omkeerknop (afb. D)
De boormachine wordt in- en uitgeschakeld (ON en OFF)
u
door de aan/uit-schakelaar (1) in te trekken en los te laten.
Hoe verder de aan/uit-schakelaar Wordt ingedrukt,
des te hoger is de snelheid van de boormachine.
De regelknop (2) voor vooruit/achteruit bepaalt de richting
u
waarin het gereedschap werkt en dient ook als knop voor
vergrendeling in de uit-stand.
U kunt de voorwaartse draairichting selecteren door de
u
aan/uit-schakelaar los te laten en de knop vooruit/achteruit
naar links te drukken.
U kunt de draairichting achteruit selecteer een door de
u
regelknop vooruit/achteruit in de tegengestelde richting te
drukken.
Opmerking: In de middenpositie van de regelknop is het
gereedschap vergrendeld in de uit-stand. Wanneer u de stand
van de regelknop wijzigt, is het vooral belangrijk dat u de aan/
uit-schakelaar loslaat.
Regeling van het aanhaalmoment (afb. E)
Dit gereedschap is voorzien van een stelkraag
aanhaalmoment (3) voor het selecteren van de bedrijfsstand
en voor het instellen van het aanhaalmoment voor het
aandraaien van schroeven. Grote schroeven en bij
werkstukken van hard materiaal is een hogere instelling van
het aanhaalmoment nodig dan bij kleine schroeven en zachte
materialen.
Stel voor het boren in hout, metaal en kunststoffen de
u
kraag op het boorsymbool
Zet voor het in- en uitdraaien van schroeven het symbool
u
op de gewenste instelling. Weet u de juiste instelling nog
niet, ga dan als volgt te werk:
Zet de kraag in de laagste instelling van het
u
aanhaalmoment.
Zet de eerste schroef vast.
u
Als de koppeling ratelt voordat het gewenste resultaat is
u
bereikt, zet de kraag dan op een hogere instelling en ga
door met het vastzetten van de schroef. Herhaal dit tot
u de juiste instelling hebt bereikt. Gebruik deze instelling
voor de rest van de schroeven.
Sleutelloze boorkop (afb. F)
Waarschuwing! Controleer dat de knop voor vergrendeling
in de uit-stand (2) is ingeschakeld, zodat de schakelaar
niet kan worden bediend, en verwijder of plaats daarna pas
accessoires.
Een boortje of een ander accessoire plaatsen:
Pak het achterste gedeelte van de boorkop (4) met één
u
hand vast en draai met uw andere hand het voorste
gedeelte naar links, gezien vanaf het uiteinde van de
boorkop.