DAF COOL ULTIMATE
Bedieningspaneel
7
6
BEDIENINGSKNOPPEN:
1- ON/OFF: In- en uitschakelen van het apparaat. Wit: aan / Rood: uit.
2- MODE: Selectie van de werkingsmodi van de apparatuur, AUTO, HANDMATIG of
Ventilator.
Werkingsmodi:
AUTO - Automatische werking: Hiermee kunt u de comforttemperatuur tussen
15 en 27 ºC instellen en het apparaat probeert automatisch die
temperatuur te bereiken.
HANDMATIG - Handmatige werking: Hiermee kunt u kiezen uit 5 koelniveaus
Ventilator - Ventilatorfunctie: Hiermee kunt u de ventilatorsnelheid kiezen uit 5
3- Keuzeschakelaars: Deze verhogen of verlagen de op het display aangegeven waarde.
4- Klok: Activeert de functioneringstimer.
DISPLAY:
5- Weergave van temperatuur, snelheid of geselecteerde tijd, indien de programmering
is ingesteld. Terwijl een keuze wordt gemaakt blijven de cijfers van het display blauw,
zodra de gewenste waarde is bereikt verandert de waarde na een paar seconden in
wit. De intensiteit van het display neemt af na 10 seconden van inactiviteit totdat het,
met uitzondering van de ON/OFF-toets, na nog eens 60 seconden van inactiviteit
wordt uitgeschakeld. Het display wordt weer ingeschakeld zodra de gebruiker op een
toets drukt.
9
5
1
2
voor ononderbroken werking.
snelheden zonder comforttemperatuur.
10
11
3
59
8
4
NL