NEDERLANDS
Alvorens tot het plaatsen over te gaan, moet men controleren dat de minimum puntbelasting van de
installatieplaats 10 keer het gewicht van het toestel bedraagt.
Gebruik bij het installeren van het toestel altijd een gewaarmerkte veiligheidskabel die 12 keer het gewicht
van het toestel kan dragen. Deze bijkomende veiligheidsbevestiging moet zo worden aangebracht dat
geen deel van het toestel meer dan 20 cm vallen kan als de hoofdbeveiliging faalt.
Het apparaat moet goed worden vastgezet; aan een vrij zwaaiende montage mag zelfs niet gedacht
worden.
Bedek geen ventilatieopeningen, anders zou dit oververhitting tot gevolg kunnen hebben.
De gebruiker moet er zich van verzekeren dat de installaties met betrekking tot de veiligheid en de
technische mechaniek door een expert zijn goedgekeurd alvorens ze voor de eerste keer te gebruiken. Elk
jaar moeten de installaties worden gekeurd door een vakman om te controleren of de veiligheid nog steeds
perfect is.
ELEKTRISCHE INSTALLATIE + ADRESSERING
Belangrijk: De elektrische installatie zou alleen uitgevoerd moeten worden door een bekwaam
persoon volgens de voorschriften voor elektrische en mechanische veiligheid in uw land.
DMX INSTALLATIE
Het DMX-protocol is een veel gebruikt hogesnelheidssignaal om lichtuitrustingen te bedienen. U moet
uw DMX bediening en alle units met een gebalanceerde kabel van goede kwaliteit doorverbinden.
Zowel de 3pins-XLR als de 5pins-XLR connector worden gebruikt, de 3pins-XLR is echter meer populair
want deze kabels zijn compatibel met symmetrische microfoonkabels.
Pin layout XLR-3pin: Pin1 = GND ~ Pin2 = Negatief signaal (-) ~ Pin3 = Positief signaal (+)
Pin layout XLR-5pin: Pin1 = GND ~ Pin2 = Negatief signaal (-) ~ Pin3 = Positief signaal (+) ~
Pins4+5 niet in gebruik.
Om vreemd gedrag van de lichteffecten, veroorzaakt door storing, te voorkomen, moet u een
afsluitweerstand van 90Ω tot 120Ω aan het eind van de keten gebruiken. Gebruik nooit een Y-splitkabel,
dit zal eenvoudig weg niet werken!
Weet zeker dat alle units op het lichtnet zijn aangesloten.
Elk lichteffect in de keten heeft een eigen DMX startadres nodig zodat het weet
welke commando's van de bediening het moet ontcijferen. In de volgende sectie
zal u leren hoe het DMX adres in te stellen.
Hoe de DIP-schakelaars gebruiken om het gewenste DMX startadres in te stellen:
Elk van de eerste 9 DIP-schakelaars stemt overeen met een bepaalde DMX-waarde:
DIP
#1
#2
#3
#4
#5
Waarde
1
2
4
8
16
U kunt de waarden van deze schakelaars combineren om zo om het even welk startadres tussen 1 en 512 te
bekomen:
Startadres = 01
schakelaar 1=ON
Startadres = 04
schakelaar 3=ON
Startadres = 07
schakelaar 1+2+3=ON
Startadres = 10
schakelaar 2+4=ON
...
Startadres = 62
schakelaar 2+3+4+5+6=ON
JB SYSTEMS
17/37
®
HANDLEIDING
#6
#7
#8
#9
#10
OFF = 4 DMX kanalen
32
64
128
256
ON = 1 DMX kanaal
waarde: 1
waarde: 4
waarde: 1+2+4 =7
waarde: 2+8 = 10
waarde: 2+4+8+16+32 = 62
LED DEVIL II
NEDERLANDS
BEDIENING VAN HET TOESTEL
1. 1 autonoom toestel:
Belangrijk: het DMX adres MOET ingesteld worden op 001 (eerste DIP switch = ON, all de andere staan
op OFF).
Dipswitch 2 heeft een dubbele functie:
OFF: de ingebouwde programma's werken op het ritme van de muziek.
ON: Automatische modus zonder invloed van de muziek (dip switch 3 verandert de draairichting, dip
switch 4,5,6 verandert de rotatiesnelheid)
2. Twee of meer toestellen in master/slave opstelling:
Verbindt 2 of meer toestellen met mekaar via gebalanceerde XLR microfoonkabels van goede kwaliteit. Het
toestel waar geen kabel aangesloten is in zijn ingang zal reageren als master, de andere toestellen zijn slave
toestellen.
Belangrijk: Op het master toestel MOET het DMX adres ingesteld worden op 001 (eerste DIP switch =
ON, all de andere staan op OFF). De slave toestellen kunnen elke DMX adres aannemen maar NIET
001. U kan het gedrag van één of meerdere van de slave toestellen omkeren door de positie van DIP-switch
n°10 op deze toestellen te veranderen. Probeer het gewoon eens en kijk of het effect beter tot zijn recht
komt. De DIP-switch n°10 veranderen op het master toestel heeft geen effect.
3. Een betere controle dank zij de CA-8 controller:
De CA-8 controller kan enkel gebruikt worden in standalone (autonoom) of master/slave
modus. Sluit de controller via de jack ingang aan op het eerste toestel (master). Nu kunt u
alle toestellen controleren:
Stand by
Blackout van de LED DEVIL II (LED aan)
Druk op de toets om
1. de strobo functie te activeren
Function
2. de dubbele strobe functie te activeren
3. de muzikale strobe functie te activeren
Mode
Werking op de muziek (LED uit)
4. DMX-modus:
In DMX modus kunt u de toestellen besturen via 1 of 3 kanalen:
1 KANAALS MODUS
JB SYSTEMS
18/37
®
HANDLEIDING
Keuze van de rotatie / snelheid
1-8
Automatische werking (LED aan)
3 KANAALS MODUS
LED DEVIL II