Gude GRR 180.1 Traducción Del Manual Original página 74

NEDERLANDS
E4 Geen grenslijnsignaal.
E5 Een botsingssensor werd geactiveerd.
E6 Overbelasting van de linker aandrij-
fmotor.
E7 Overbelasting van de rechter aandrij-
fmotor.
E8 Overbelasting van de maaimotor.
E9 Accu defect
E10 Onderspanning van de accu gedetec-
teerd.
E11 Hellingssensor geactiveerd
E12 Wiel draait zonder stop/grip.
E13 Accu is oververhit.
F1 Robot is buiten de grenslijnen.
F2 Start niet na het indrukken van de
Start-knop. Grenslijnsignaal brandt
niet.
F3 Start niet na het indrukken van de
Start-knop. - slecht laadcontact
F4 Start niet na het indrukken van de
Start-knop. - Accuspanning te laag
70
Controleer de status-led van het laadstation. Als
de led rood knippert, is de grenslijn onderbroken
of is de begrenzingskabel niet op het station
aangesloten.
Controleer de verbinding
Verwijder alle obstakels of herpositioneer de
robot en start hem opnieuw op.
Gras is te hoog of te dicht? Wielen geblokkeerd?
Als het gras hoger is dan 6,6 cm, maait u het met
een traditionele grasmaaier. Indien het gras die-
per is dan 6,6 cm, gelieve de hoogte aan de robot
aanpassen zodat hij ongehinderd kan werken.
Gras is te hoog of te dicht? Wielen geblokkeerd?
Als het gras hoger is dan 6,6 cm, maait u het met
een traditionele grasmaaier. Indien het gras die-
per is dan 6,6 cm, gelieve de hoogte aan de robot
aanpassen zodat hij ongehinderd kan werken.
Gras is te hoog of te dicht? Wielen geblokkeerd?
Als het gras hoger is dan 6,6 cm, maait u het met
een traditionele grasmaaier. Indien het gras die-
per is dan 6,6 cm, gelieve de hoogte aan de robot
aanpassen zodat hij ongehinderd kan werken.
Neem contact op met de service.
Plaats de robot bij het laadstation en start hem
handmatig opnieuw op. Als het probleem aan-
houdt, neem dan contact op met de service.
Hellingshoek groter dan 30 graden? Robot werd
omgedraaid?
Plaats de robot op een vlak oppervlak en start
hem opnieuw op. Alle wielen moeten hiervoor
de grond raken.
Zit de robot vast in het zand of in een gat?
Controleer het gazon. Plaats de robot op een vlak
oppervlak en start hem opnieuw op.
Laat hem afkoelen, anders contact opnemen met
de service.
Robot is buiten de begrenzingskabel? De begren-
zingskabel is verkeerd om aangesloten? Robot is
te ver van de grens.?
Controleer de kabelaansluitingen en start de
robot handmatig opnieuw op.
Controleer de status-led van het laadstation. Als
de led rood knippert, is de grenslijn onderbroken
of is de begrenzingskabel niet op het station
aangesloten. Controleer de verbinding.
Reinig de laadcontacten en verwijder eventuele
vreemde voorwerpen. Plaats de robot terug op
het laadstation en laat hem volledig opladen.
Start de robot opnieuw terwijl deze nog op het
laadstation staat.
Plaats de robot terug op het laadstation en laat
hem volledig opladen.