MCF32, MCF40, MCF60, FR40 AC/DC
Open het koeltoestel niet vaker dan nodig.
Laat het koeltoestel niet langer openstaan dan nodig.
Als de koelbox een mand heeft: Voor een optimaal energieverbruik plaatst
u de mand in de positie bij levering.
Controleer regelmatig of de dekselafdichting nog goed zit.
Ontdooi het koelapparaat zodra er zich een ijslaag gevormd heeft.
Voorkom onnodig lage temperaturen.
6.3
Koeltoestel aansluiten
Het koeltoestel kan worden gebruikt met gelijk- of wissel stroom.
A
LET OP! Gevaar voor beschadiging!
Ontkoppel het koeltoestel en andere verbruikers van de voertuig-
accu, alvorens de accu op een snellader aan te sluiten.
Overspanning kan de elektronica van het koelapparaat beschadi-
gen.
Om veiligheidsredenen is het koelapparaat uitgerust met een elektronisch
systeem dat beschermt tegen verkeerd polen. Dit beschermt het koelappa-
raat tegen kortsluiting na aansluiting op een accu.
➤ Steek de gelijkstroomaansluitkabel in de gelijkstroomaansluiting, en sluit
deze aan op het gelijkstroom-stopcontact.
➤ Steek de wisselstroomkabel in het wisselstroom-stopcontact en sluit deze
aan op het wisselstroomnet.
➤ Sluit de deksels van de niet gebruikte aansluitingen om per ongeluk aan-
raken te voorkomen. Dit voorkomt bovendien dat stof, water en vuil de
aansluitingen binnendringt.
6.4
Accubewaker gebruiken
Het koeltoestel is uitgerust met een meertraps accubewaker, die uw voertuig-
accu bij de aansluiting op gelijkstroomvoeding beschermt tegen te diepontla-
ding.
Als het koelapparaat bij uitgeschakeld contact in het voertuig wordt gebruikt,
wordt het koelapparaat automatisch uitgeschakeld zodra de voedingsspan-
ning tot onder een ingestelde waarde daalt. Het koeltoestel wordt weer inge-
schakeld zodra door oplading van de voertuigaccu de inschakelspanning is
bereikt.
EN
Bediening
99