scherpstelling (6) tot het kalibratiemerk ∞ op de schaal
voor de objectafstand (7) wordt gedetecteerd. Kijk door
het oculair (2) naar een object in de verte (bijv. een
kerktoren). Stel de scherpte van het beeld in door de
scherpstelling (6) verder naar rechts of links te draaien.
2.2 Macro scherpstelling (< 0,5 m afstand)
Voor observatieafstanden van minder dan een halve
meter (macro instelling of near focus) gaat u in eerste
instantie te werk zoals beschreven in paragraaf Haal
vervolgens langzaam de refocusing (8) eruit tot u een
scherp beeld krijgt.
Opmerking:
i
klein in het close-focus bereik. Daarom is een gerichte
focus vereist.
3. Zoom instelling
Nadat u het beeld scherp hebt ingesteld op het kleinste
vergrotingsniveau, kunt u de vergroting zo ver vergroten
als u wilt. Draai de zoom instelling (4) naar rechts tot u
de gewenste vergroting bereikt. Pas de scherpte van
- 34 -
Het gezichtsveld is slechts zeer