12. Weerstand meten
Voer geen weerstandsmetingen uit in circuits waarop spanning
aanwezig is. Zorg ervoor condensatoren in het circuit volledig
ontladen zijn.
1.
Plaats de draaiknop in de gewenste stand ("").
2.
Sluit de meetsnoeren aan op de weerstand en lees de LCD-display.
3.
Zorg ervoor dat bij weerstandsmetingen geen spanning meer op het
circuit staat en condensatoren volledig ontladen zijn.
13. Diode meten
Voer geen diode- of continuïteitsmetingen uit in circuits waarop
spanning aanwezig is. Zorg ervoor condensatoren in het circuit
volledig ontladen zijn.
1.
Plaats de draaiknop in de gewenste stand ("
2.
Sluit de rode meetsnoer met de anode van de diode in kwestie en sluit
het zwarte meetsnoer aan op de kathode van de diode. Het voorwaartse
spanningsverlies van de diode verschijnt nu op de display. Wordt de
schakeling omgedraaid, dan verschijnt enkel het cijfer "1" op de display.
14. Continuïteit meten
Voer geen diode- of continuïteitsmetingen uit in circuits waarop
spanning aanwezig is. Zorg ervoor condensatoren in het circuit
volledig ontladen zijn.
1.
Plaats de draaiknop in de gewenste stand (" ").
2.
Sluit de meetsnoeren aan op de twee punten van het circuit die u wilt
meten. De ingebouwde zoemer zal in werking treden als er continuïteit is.
15. Batterij meten
1.
Stel het gewenste meetbereik "1.5 V" of "9 V" in.
2.
Sluit de meetsnoeren aan op de meetbron.
3.
Lees de waarde af op het LCD-display.
16. Batterijen vervangen
WAARSCHUWING: om elektrische schokken te vermijden,
ontkoppel altijd de meetsnoeren alvorens de behuizing te openen.
Om brand te voorkomen gebruik enkel zekeringen met dezelfde
specificaties zoals aangegeven in de handleiding.
Opmerking: zie waarschuwing op de achterkant van het toestel
V. 03 – 20/03/2020
DVM821
20
").
©Velleman nv