EN DE ES IT FR PT
Nederlands (Vertaling van de originele instructies)
SNIJBLADHOOGTE INSTELLEN
Zie afbeelding 6.
Wanneer de grasmaaier wordt verscheept, zijn de wielen
op een lage maaipositie ingesteld. Vooraleer u de maaier
voor het eerst gebruikt, stelt u de maaipositie af volgens
de hoogte die voor uw gazon het best geschikt is. Het
gemiddelde gazon moet tussen de 38 mm en 51 mm
tijdens koude en tussen de 51 mm en 70 mm tijdens
warme maanden bedragen.
Maaibladhoogte afstellen
■ Om de snijbladhoogte te verhogen, neemt u de
hoogteafstellingshendel en beweegt u die naar de
achterkant van de grasmaaier.
■ Om de snijbladhoogte te verminderen, neemt u de
hoogteafstellingshendel en beweegt u die naar de
voorkant van de grasmaaier.
BEDIENING
WAARSCHUWING
Laat uw waakzaamheid niet verslappen als u eenmaal
vertrouwd bent geraakt met het apparaat. Vergeet niet
dat één seconde onoplettendheid voldoende is om
ernstig letsel te veroorzaken.
WAARSCHUWING
Draag
altijd
gehoorbescherming.
wegspattende deeltjes in uw ogen komen en ernstig
oogletsel veroorzaken als u zich hier niet aan houdt.
WAARSCHUWING
Gebruik geen andere onderdelen of accessoires dan die
door de fabrikant voor dit apparaat zijn aanbevolen. Bij
gebruik van niet aanbevolen onderdelen of accessoires
bestaat gevaar voor ernstig lichamelijk letsel.
WAARSCHUWING
Inspecteer voor gebruik de grasmaaier altijd op
ontbrekende of beschadigde onderdelen en het
maaiblad
op
schade,
slijtage. Gebruik van dit product met beschadigde of
ontbrekende onderdelen kan leiden tot ernstige letsels.
■ Kantel de grasmaaier niet wanneer u de motor start
of inschakelt, tenzij de grasmaaier voor het starten
moet worden gekanteld. In dit geval mag u niet meer
dan absoluut noodzakelijk kantelen en alleen het
onderdeel opheffen dat van de bediener is weggericht.
NL
RU FI SV NO DA PL CS SK SL HR HU RO BG EL AR TR HE LT LV ET
Er
kunnen
ongelijke
of
overdreven
■ Start de motor niet wanneer u voor de uitlaat staat.
■ Steek uw handen of voeten niet in de buurt van
of onder ronddraaiende onderdelen. Houd de
uitlaatopening altijd vrij.
Voor v ol ledi ge op l aadi ns t ru ct i es, v erw i j zen
wij naar de gebruiksaanwijzing voor uw accupack en
oplaadmodellen.
ACCUPACK INSTALLEREN
Zie afbeelding 7.
■ Hef het accudeksel op en houd het omhoog.
■ Lijn de batterij met de batterijpoort van de maaier af.
■ Zorg ervoor dat de batterijontgrendelknop op zijn
plaats klikt en dat de batterij volledig op zijn plaats zit
en beveilig de grasmaaimachine voor u ermee begint
te werken.
■ Plaats de batterijsleutel.
■ Als de machine niet onmiddellijk wordt gebruikt,
plaatst u de batterijsleutel niet.
■ Sluit de deur.
ACCUPACK VERWIJDEREN
Zie afbeelding 7.
■ Laat de aan/uit-hendel los om het product te stoppen.
■ Open de batterijdeur.
■ Verwijder de batterijsleutel.
■ Druk
op
de
grasmaaimachine. Dit zorgt ervoor dat de batterij
lichtjes uit de machine uitsteekt.
■ Verwijder het accupack van het product.
GRASMAAIMACHINE STARTEN/STOPPEN
Zie afbeelding 8.
■ Open de batterijdeur en installeer de batterij.
■ Druk op de startknop en houd deze ingedrukt.
■ Trek het transmissiedooshandvat omhoog in de
richting van het handvat om de grasmaaimachine te
starten en laat de knop los.
■ Om de grasmaaimachine stil te leggen, laat u het
handvat van de schakelaardoos los.
OPMERKING : Er kan een hoog geluid weerklinken en
er kunnen vonken zijn als de elektrische motor vertraagt.
Dit is normaal.
MAAITIPS
■ Zorg ervoor dat het gazon vrij is van stenen, stokken,
kabels en andere voorwerpen die de maaibladen
of motor van de grasmaaier zouden kunnen
39
batterijontgrendelnop
op
de