A
B
A
A
B
Dakmand met verstralers (4.1. - 4.2.)
Stap 4.1. en 4.2. kunnen worden overgeslagen als u een
dakmand zonder extra verstralers gebruikt.
C
4.1. Steek de magnetische stekker (A) in het daarvoor
bestemde dakstopcontact (B) totdat deze vastklikt.
Om het licht in te schakelen, bedient u de schakelaar (C)
in het interieur aan de hemelbekleding. Zie hiervoor
de gebruikershandleiding van het voertuig voor meer
informatie.
4.2. Druk de afdekkingen van de verstralers (5) in de
bijbehorende uitsparing van de verstralers (4) totdat
ze hoorbaar vastklikken. Let voor de juiste plaatsing
op de opschriften op de achterkant van de panelen
("top" = boven, L = links, R = rechts).
5. Lijn de dakmand zodanig uit dat de houders (1) ervan op
de dakdragers rusten. Zorg er bij het uitlijnen voor dat de
dakmand zowel in de lengte- als in de dwarsrichting van
het voertuig gecentreerd is. Gebruik het gat in het midden
van de houder (A) als richtlijn voor het centreren.
6. Afhankelijk van het voertuigmodel moeten de houders
mogelijk worden verplaatst. Draai hiervoor de inbusbouten (A)
aan de houders elk los met de meegeleverde
momentsleutel (B) en plaats de houders midden op
de dakdragers. Draai de bouten weer vast met de
meegeleverde momentsleutel totdat u een klikgeluid hoort.
Let op: Een luid klikgeluid geeft het bereikte
aanhaalmoment weer.
Nederlands
45