Bevestig
schroef
weergegeven
vervolgens de vlakke sluitring (36) en
de zelfborgende moer (35), en maak
alles goed vast.
Neem
de
linkspootstang
herhaal dezelfde montageprocedure
als met de rechter.
6. DE FOCUSSTANGZIJKANT-
BEDEKKINGEN AAN DE
POOTSTANGEN MONTEREN.-
Monteer
voetsteunkappen (18) & (19) met de
onderkant van de verbindingen aan de
rechterzijde, Fig.7.
Gebruik schroeven (34) (38) om ze aan
elkaar te verbinden.
Doe daarna hetzelfde met de overige
kappen (18) & (19) aan de linkerzijde.
Monteer de aansluitstangkapjes (20)
en (21), schroef ze met de schroeven
(33).
7. HET STUUR MONTEREN.-
Steek de kabel (13) in.
Bevestig de stuurknop (9), bevestig de
voorklep (40) en draai de knop (41)
vast. Fig.8.
Plaats de fleshouder (24) in de Oar-
buis en schroef hem vast met de
schroeven (33).
8. DE ELEKTRONISCHE
MONITOR MONTEREN.-
DE FEEDBACK-KABEL AANSLUITEN
Pak
de
kabel
hoofdframe komt (4), Fig.9, en steek
die in de verbindingsklem
elektronische apparaat (10), zoals
weergegeven in Fig.9.
DE HANDGREEPKABEL MONTEREN
Pak de handgreepverbindingen (13)
die uit het hoofdframe komen (4) en
(37),
in
Fig.7A,
monteer
(5)
vervolgens
(12)die
uit
van het
zoals
steek ze in de verbindingsklemmen
(14) aan de achterkant van de monitor
(10), zoals weergegeven in Fig.9.
DE MONITOR AANSLUITEN
Maak schroeven (100), Fig.9, los aan
en
de achterkant van de monitor.
Schuif de voorkant van de monitor
vervolgens op de plaat bovenop de
hoofdsteun (4) in de richting van de
pijl, Fig.9, en duw de kabels naar
beneden in de hoofdsteun terwijl u
controleert dat de kabels niet in de
de
knel
opnieuw de schroeven (100) die u
eerder verwijderd heeft.
N.B.: Het is belangrijk alle schroeven
die gebruikt zijn bij de montage van
het apparaat na ongeveer een week
van gebruik opnieuw aan te draaien,
aangezien dit vreemde geluiden en
eventuele schade zal voorkomen.
NIVELLERING.-
Controleer, wanneer u de eenheid op
zijn defi nitieve plaats heeft geplaatst,
of deze stevig op de grond staat en of
deze waterpas staat. Dit kunt u
regelen door de nivelleringspootjes
meer of minder uit te schroeven.
VERPLAATSING EN
OPBERGEN.-
Dit apparaat is uitgerust met wieltjes
(59)
vergemakkelijkt.
het
bevinden zich aan de voorkant van het
apparaat en verge makkelijken het u
het apparaat te verplaatsen en op de
uitgekozen plaats te plaatsen door de
voorkant iets te laten overhellen en te
duwen, zoals wordt getoond in Fig.12.
38
komen
te
zitten.
wat
het
De
Bevestig
verplaatsen
twee
wieltjes