42 | nederlands
3.3
Bedrijfsomstandigheden
Temperatuur pompvloeistof:
– ModulA... RED +15 °C tot +110 °C
– ModulA... GREEN -10 °C tot +110 °C
– ModulA... BLUE +15 °C tot +85 °C (aanbevolen voor huishoudelijke warmwatersystemen: max.
65 °C)
Bedrijfsdruk:
De maximaal toegestane bedrijfsdruk wordt op het typeplaatje aangegeven. (6 bar, 10 bar of 16
bar). Minimale bedrijfsdruk aan de zuigzijde van de pomp (toevoerdruk) bij 500 m boven zeespiegel:
ModulA ...
ModulA 25-4/6/8/10/12
ModulA 32-4/6/8/10/12
ModulA 40-4/6/11
ModulA 50-11
Per ± 100 m hoogte ± 0,01 bar
In de dubbele-pomp-modus moet de vereiste inlaatdruk ten opzichte van de waarden in de tabel
met 0.1 bar verhoogd worden.
Omgevingstemperatuur:
0 °C tot 40 °C
3.4
Terugslagklep
3.5
Bescherming tegen vorst
Bij kans op vorst tijdens stilstand van de installatie moeten de benodigde maatrege-
len getroffen worden om vorstschade te voorkomen.
75 °C
0.1
0.1
0.1
0.1
961864_00
Temperatuur van het medium
95 °C
Inlaatdruk [bar]
0.35
0.35
0.35
0.50
Indien een terugslagklep gemonteerd is, moet
de pomp zodanig ingesteld worden (zie punt
7.2) dat de pompdruk te allen tijde hoger is dan
de sluitdruk van de klep. Dit is bijzonder
belangrijk bij de proportionele drukregeling
(kleinere opvoerhoogte bij dalende volume-
stroom).
110 °C
1.0
1.0
1.0
1.0