• De afstandsbediening werkt met infrarood.
• Zorg er tijdens het gebruik voor dat tussen de afstandsbediening
en de klimaatregelaar geen obstakels aanwezig zijn.
• Als in de ruimte andere apparaten met een afstandsbediening
gebruikt worden (tv, stereo-installaties, enz.) kan het verzonden
signaal gestoord worden of verloren gaan.
• Elektronische en fluorescentielampen kunnen de verzending
tussen de afstandsbediening en de klimaatregelaar storen.
• Haal de batterijen uit de afstandsbediening als deze lange tijd
niet zal worden gebruikt.
• Het display van het apparaat schakelt uit als de afstandsbe-
diening een aantal seconden niet gebruikt wordt. Druk op een
willekeurige toets om het display weer in te schakelen.
3.3.1 - De batterijen plaatsen (afb. 31)
Om de batterijen correct te plaatsen:
a. Verwijder het klepje van het batterijvak.
b. Breng de batterijen in het specifieke vak
aan volgens de aangegeven polariteit.
Houd u nauwgezet aan de pola-
riteit die op de bodem van het
batterijvak is aangegeven.
c. Sluit het klepje goed af.
3.3.2 - Vervanging van de batterijen
Vervang de batterijen als het display van de
afstandsbediening niet langer helder is of
de instellingen van de klimaatregelaar niet
langer met de afstandsbediening kunnen
worden gewijzigd.
Gebruik altijd nieuwe batterijen
en vervang ze allebei. Als oude
batterijen worden gebruikt of
batterijen van een ander type kan
dit een slechte werking van de
afstandbediening veroorzaken.
Voor de afstandsbediening zijn twee droge
alkalinebatterijen vereist van 1,5V (AAA.
LR03/) (afb. 31).
NL - 28
31
T1
T2