Blootliggende contactpunten moeten worden
afgedekt met tape en de accu moet zodanig
worden verpakt dat deze niet kan bewegen in de
verpakking.
11.
Wanneer u de accu wilt weggooien, verwijdert u
de accu vanaf het gereedschap en gooit u hem op
een veilige manier weg. Volg bij het weggooien
van de accu de plaatselijke voorschriften.
12. Gebruik de accu's uitsluitend met de gereed-
schappen die door Makita zijn aanbevolen. Als
de accu's worden aangebracht in niet-compatibele
gereedschappen, kan dat leiden tot brand, bui-
tensporige warmteontwikkeling, een explosie of
lekkage van elektrolyt.
13. Als u het gereedschap gedurende een lange
tijd niet denkt te gaan gebruiken, moet de accu
vanaf het gereedschap worden verwijderd.
14. Tijdens en na gebruik, kan de accu heet wor-
den waardoor brandwonden of koude brand-
wonden kunnen worden veroorzaakt. Wees
voorzichtig bij het hanteren van een hete accu.
15. Raak de aansluitpunten van het gereedschap
niet onmiddellijk na gebruik aan omdat deze
heet genoeg kunnen zijn om brandwonden te
veroorzaken.
16. Zorg ervoor dat geen steenslag, stof of grond
vast komt te zitten op/in de aansluitpunten,
openingen en groeven van de accu. Dit kan
leiden tot slechte prestaties of een defect van het
gereedschap of de accu.
17. Behalve indien gebruik van het gereedschap
is toegestaan in de buurt van hoogspannings-
leidingen, mag u de accu niet gebruiken in
de buurt van een hoogspanningsleiding. Dit
kan leiden tot een storing of een defect van het
gereedschap of de accu.
18. Houd de accu uit de buurt van kinderen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES.
LET OP:
Gebruik uitsluitend originele Makita
accu's. Het gebruik van niet-originele accu's, of
accu's die zijn gewijzigd, kan ertoe leiden dat de accu
ontploft en brand, persoonlijk letsel en schade veroor-
zaakt. Ook vervalt daarmee de garantie van Makita
op het gereedschap en de lader van Makita.
Tips voor een maximale levens-
duur van de accu
1.
Laad de accu op voordat hij volledig ontladen is.
Stop het gebruik van het gereedschap en laad
de accu op telkens wanneer u vaststelt dat het
vermogen van het gereedschap is afgenomen.
2.
Laad een volledig opgeladen accu nooit
opnieuw op. Te lang opladen verkort de
levensduur van de accu.
3.
Laad de accu op bij een omgevingstempe-
ratuur tussen 10°C en 40°C. Laat een warme
accu afkoelen alvorens hem op te laden.
4.
Als de accu niet wordt gebruikt, verwijdert u
hem vanaf het gereedschap of de lader.
5.
Laad de accu op als u deze gedurende een
lange tijd (meer dan zes maanden) niet gaat
gebruiken.
BESCHRIJVING VAN DE
FUNCTIES
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is verwijderd
alvorens de functies op het gereedschap af te
stellen of te controleren.
De accu aanbrengen en verwijderen
LET OP:
Schakel het gereedschap altijd uit
voordat u de accu aanbrengt of verwijdert.
LET OP:
Houd het gereedschap en de accu
stevig vast tijdens het aanbrengen of verwijderen
van de accu. Als u het gereedschap en de accu niet
stevig vasthoudt, kunnen deze uit uw handen glippen
en het gereedschap of de accu beschadigen, of kan
persoonlijk letsel worden veroorzaakt.
► Fig.1: 1. Rood deel 2. Knop 3. Accu
Om de accu te verwijderen verschuift u de knop aan de
voorkant van de accu en schuift u tegelijkertijd de accu
uit het gereedschap.
Om de accu aan te brengen lijnt u de lip op de accu uit
met de groef in de behuizing en duwt u de accu op zijn
plaats. Steek de accu zo ver mogelijk in het gereed-
schap tot u een klikgeluid hoort. Als u het rode deel aan
de bovenkant van de knop kunt zien, is de accu niet
goed aangebracht.
LET OP:
Breng de accu altijd helemaal aan
totdat het rode deel niet meer zichtbaar is. Als
u dit niet doet, kan de accu per ongeluk uit het
gereedschap vallen en u of anderen in uw omgeving
verwonden.
LET OP:
Breng de accu niet met kracht aan.
Als de accu niet gemakkelijk in het gereedschap
kan worden geschoven, wordt deze niet goed
aangebracht.
Gereedschap-/
accubeveiligingssysteem
Het gereedschap is uitgerust met een gereedschap-/
accubeveiligingssysteem. Dit systeem schakelt automa-
tisch de voeding uit om de levensduur van het gereed-
schap en de accu te verlengen. Het gereedschap kan
tijdens het gebruik automatisch stoppen als het gereed-
schap of de accu aan één van de volgende omstandig-
heden wordt blootgesteld:
Overbelastingsbeveiliging
Deze beveiliging treedt in werking wanneer het gereed-
schap wordt gebruikt op een manier waarop een
abnormaal hoge stroomsterkte wordt getrokken. In die
situatie schakelt u het gereedschap uit en stopt u de
toepassing die ertoe leidde dat het gereedschap over-
belast raakte. Schakel vervolgens het gereedschap in
om het weer te starten.
31 NEDERLANDS