11. Foutopsporing
Anomalieën
Apparaat start niet
Het apparaat voert
geen water op
Apparaat wordt niet
uitgeschakeld
Wateropbrengst
onvoldoende
Apparaat wordt na
korte looptijd uitge-
schakeld
Oorzaken
- Netspanning ontbreekt
- Vlotterschakelaar schakelt niet
- Inlaatzeef verstopt geraakt
- Drukslang geknikt
- Vlotterschakelaar kan niet dalen
- Inlaatzeef verstopt geraakt
- Capaciteit verminderd door erg ver-
vuilde en afslijtende waterbijmeng-
sels
- Motorveiligheid schakelt het ap-
paraat wegens te hoge waterver-
vuiling uit
- Watertemperatuur te hoog, motor-
veiligheid schakelt het apparaat uit
NL
- Netspanning controleren
- Vlotterschakelaar hoger plaatsen
- Inlaatzeef met waterstraal reinigen
- Knikplaats verhelpen
- Apparaat op de schachtbodem cor-
rect opstellen
- Inlaatzeef reinigen
- Apparaat reinigen en versleten on-
derdelen vervangen
- Netstekker uit het stopcontact ver-
wijderen en apparaat alsmede de
schacht schoonmaken
- Maximale watertemperatuur van
35° C in acht nemen!
- 74 -
Verhelpen