bedrijfsled op de PCB gaat rood knipperen.
6. Bij een succesvolle registratie zal de bedrijfsled 3
keer groen knipperen en verschijnt er een melding
"DONE" (Klaar) tijdelijk op het scherm van de module.
De brandmelder is aan de lijst toegevoegd als het type
45PAM100.
7. Test de signaalsterkte tussen de handbrandmelder
en de uitbreidingsmodule. Druk eenmaal op de knop
ENROLL (Registreren) en wacht op de led-indicatie:
- 3 x groen knipperen – uitstekende signaalsterkte;
- 3 x oranje knipperen – goede signaalsterkte; maar
verander indien mogelijk de installatieplaats;
- 3 x rood knipperen – zwakke signaalsterkte, de
installatieplaats moet worden aangepast.
U kunt ook de signaalkwaliteit van het apparaat
controleren in het menu DEVICE RSSI (Apparaat RSSI)
van de module - punt 8.
8. Als de signaalkwaliteit en -sterkte uitstekend of goed
zijn, kunt u verder gaan met de montage.
9. Schakel de werking van de handbrandmelder uit
vanuit het menu DEVICE SETUP (Apparaatinstellingen)
van de module (uitbreidingsmodule 45TRC100 naar
conventionele brandmeldcentrale); of de menu's van de
adresseerbare centrale (uitbreidingsmodule 45TRA100
naar adresseerbare brandmeldcentrale). Op die manier
worden valse alarmen tijdens de montage voorkomen.
10. Demonteer de handbrandmelder en monteer het op
de installatieplaats – zie punt 3.
11. Reset het breekglas naar de normale positie
in stand-bymodus en schakel de werking van de
handbrandmelder in.
6. De handbrandmelder testen
Start de testprocedure voor de brandzone waaraan
de handbrandmelder is gekoppeld - volg de gegeven
instructies in de gebruikshandleiding van de
adresseerbare/conventionele brandmeldcentrale. Druk
op het breekglas van de handbrandmelder om het testen
van het brandalarm of ontruimingsgebeurtenis te testen.
De status-led begint snel te knipperen en de kleurenstrip
van het breekglas is zichtbaar aan de bovenkant.
Nadat het testen is voltooid, reset het breekglas van
de handbrandmelder (zie punt 7) en reset daarna de
brandmeldcentrale.
7. De handbrandmelder resetten
Als de handbrandmelder niet nieuw is, moet hij gereset
worden voor de registratie op de uitbreidingsmodule.
Controleer de conditie van de batterij. Het wordt
aanbevolen om hem te vervangen door een nieuwe.
Om de 45PAM100 te resetten, schakel hem in met de
batterij en houd daarna de knop ENROLL (Registreren)
5-7 seconden ingedrukt. De reset is voltooid wanneer
de bedrijfsled op de PCB van de brandmelder 3 keer
groen knippert, gevolgd door 1 x lang rood en 1 x
lang groen knipperen. Door nogmaals op de knop
ENROLL te drukken, start de registratieprocedure op de
uitbreidingsmodule.
8. De signaalkwaliteit (RSSI) controleren
De signaalkwaliteit tussen de brandmelder en de
uitbreidingsmodule wordt gecontroleerd in het menu
DEVICE RSSI (Apparaat RSSI) van de module. De
signaalkwaliteit wordt gemeten in [dB].
1. Ga naar de programmeringsmodus van de module.
Scrol naar het menu DEVICE RSSI (Apparaat RSSI) en
druk op ENTER. Er verschijnt een lijst met aangemelde
apparaten op het scherm met een volgnummer en het
type van het apparaat.
2. Zoek in de lijst het nummer van de handbrandmelder.
3. Druk op de knop ENTER. Raadpleeg de onderstaande
tabel om de signaalkwaliteit op het scherm af te lezen:
Signaalkwaliteit
RSSI-niveau
< -90 dB
Verlies
-90 ÷ -70 dB
Goed
> -70 dB
Uitstekend
4. U kunt het menu op elk moment verlaten door op de
knop CANCEL (Annuleren) te drukken.
9. De installatieplaats van de
handbrandmelder vinden
Dit is een procedure die de monteur kan helpen om
de exacte locatie van elk draadloos apparaat in de
brandmeldinstallatie te vinden en de verbinding met de
module te testen.
1. Ga naar de programmeringsmodus van de module.
Scrol naar het menu FIND DEVICE (Apparaat vinden) en
druk op ENTER. Er verschijnt een lijst met aangemelde
apparaten op het scherm met een volgnummer en het
type van het apparaat.
2. Zoek in de lijst het nummer van de handbrandmelder
die u in de brandmeldinstallatie wilt lokaliseren.
3. Druk op de knop ENTER. Melding FINDING (Vinden)
>>> (pijltjes knipperen) verschijnt op het scherm en
laat zien dat de module probeert om signalen te vinden
van het geselecteerde draadloze apparaat. Het bericht
verandert tijdelijk in FINDING DONE (Vinden voltooid)
indien de actie succesvol is voltooid.
4. De handbrandmelder zal reageren met het knipperen
van de status-led op het frontpaneel.
5. De module zal de vindprocedure automatisch na 70-80
seconden afsluiten. U kunt de procedure ook op elk
moment stoppen door op de knop CANCEL (Annuleren)
te drukken.
10. Batterijen vervangen
Het wordt aanbevolen om de batterij na 10 jaar te
vervangen, ongeacht het aangegeven laadniveau.
Gebruik altijd alleen batterijen die zijn goedgekeurd door
de fabrikant - Panasonic CR123A 3V of andere batterijen
met vergelijkbare eigenschappen.
Let op: Nadat de centrale/uitbreidingsmodule heeft
aangegeven dat het batterijniveau laag is, moet de
gebruiker/installateur de lege batterij binnen één maand
vervangen door een nieuwe. De resterende levensduur
van de nieuwe batterij mag niet minder zijn dan 8 jaar.
1. Schakel de werking van de brandmelder uit om
foutmeldingen te voorkomen.
2. Demonteer de handbrandmelder zoals is beschreven
bij punt 3.
3. Verwijder de oude batterij en plaats de nieuwe met
inachtneming van de +/- polariteit.
4. Zet de onderdelen van de handbrandmelder weer in
elkaar.
5. Reset het breekglas.
6. Schakel de handbrandmelder in.
7. Controleer de signaalkwaliteit in het menu DEVICE
RSSI (Apparaat RSSI) van de module.
8. Test de werking van de handbrandmelder.
LET OP: Stel de batterijen niet bloot aan vuur, hete ovens
of mechanische impact door pletten/snijden, aangezien
dit een explosie kan veroorzaken. Blootstelling van de
batterijen aan extreem hoge omgevingstemperaturen
of een lage luchtdruk kan leiden tot een explosie of het
lekken van brandbare vloeistof of gas.
VERWIJDERING: Volg de plaatselijke voorschriften met
betrekking tot de verwijdering van de batterijen.
Beschrijving
Slecht signaal of geen verbinding.
Het signaal is voldoende maar kan
beter. Het wordt aanbevolen om de
installatieplaats van het apparaat te
veranderen.
Uitstekend signaal.
11