NL
1.3.
Storingen
Alle telefoons en draadloze zendapparatuur kunnen storingen ondergaan die ook invloed kunnen
hebben op de prestaties van het apparaat waar deze aan verbonden zijn. Zulke storingen kunnen niet
worden toegeschreven aan een defect aan het N-Com systeem.
1.4.
Het gebruik op gepaste wijze
Gebruik het mechanisme enkel in de normale positie, zoals beschreven in de relatieve documentatie
van het product. Probeer niet om het N-Com systeem te demonteren, te forceren of delen ervan te
wijzigen.
Let op: Het volume van het N-Com systeem en van de aangesloten geluidsbronnen regelen vóór het
gebruik op de weg.
Let op: Het gebruik van een te hoog volume kan beschadigingen aan het gehoor veroorzaken.
Let op: Een niet correcte installatie van het systeem in de helm kan de aerodynamische kenmerken en
de veiligheid van de helm zelf veranderen waardoor er een gevaarlijke situatie gecreëerd kan
worden. Het N-Com systeem installeren zoals voorgeschreven in de bijsluiter van het product. In
geval van twijfels dient u zich te wenden tot uw N-Com verkooppunt.
Aandacht: Het gebruik van andere toestellen mag absoluut geen invloed hebben op uw rijgedrag.
Handel op de elektronische toestellen en op het N-Com systeem wanneer het voertuig stilstaat,
zodat de verkeersregels gerespecteerd worden.
Let op: Met het N-Com systeem kan het radiosignaal FM ontvangen worden. Eventuele radio
luistergeld kosten komen voor rekening van de gebruiker.
1.5.
Gekwalificeerd personeel
Enkel gekwalificeerd personeel mag technische assistentie verlenen op dit product. Wanneer het
slecht werkt, wendt men zich tot uw vaste verkoper. De helm is een veiligheidsproduct, het forceren
van de helm en/of van het inwendig elektronisch systeem kan gevaarlijk zijn en doet de garantie van
het product vervallen.
1.6.
Accessoires en batterijen
• Gebruik voor het mechanisme enkel door Nolangroup goedgekeurde types van batterijen,
batterijladers en accessoires.
• Het gebruik van andere types dan aangeduid kan gevaarlijk zijn en doet alle garantie vervallen.
• Voor de beschikbaarheid van de goedgekeurde accessoires, wendt u zich tot uw vaste verkoper.
• Wanneer men de stroomtoevoerkabel van welk accessoire dan ook of van de batterijlader
losmaakt, trekt men aan de plug en niet aan de kabel zelf.
• Gebruik de batterijen niet voor andere doeleinden.
• Gebruik nooit beschadigde batterijladers of batterijen.
• Veroorzaak geen kortsluiting aan de batterijen.
• Bewaar de batterijen op een temperatuur tussen 0° / +45°C (Opladen); -10° / +55°C
(Gebruiksduur).
• Brand- en ontploffingsgevaar: werp de batterijen niet in vuur en stel ze niet bloot aan hoge
temperaturen!
• Werp de batterijen niet bij het stadsafval. Verwerk de batterijen door de lokale normen te
respecteren.
• Draag de helm niet wanneer de batterij wordt opgeladen.
4