▪
Zorg ervoor dat het blad het spouwmes of het werkstuk niet raakt vóór u de schakelaar
aanzet.
▪
Laat de zaag even draaien vóór u het werkstuk aanbrengt. Let op het trillen en slaan van
het zaagblad wat kan wijzen op een slechte montage of uitbalancering van het blad.
▪
Het gereedschap mag niet gebruikt worden voor het aanbrengen van sleuven of
sponningen.
▪
Vervang het tafelinzetstuk als het versleten is.
▪
Regel NOOIT iets bij als het toestel draait. Haal de stekker uit het stopcontact vóór het
afregelen.
▪
Gebruik een duwstok wanneer nodig. Een duwstok MOET worden gebruikt bij het
langszagen van smalle werkstukken om zo uw handen en vingers goed uit de buurt van
het zaagblad te houden.
▪
Berg de duwstok altijd op wanneer hij niet wordt gebruikt.
▪
Let in het bijzonder op de instructies voor het verminderen van het gevaar op
TERUGSLAG. TERUGSLAG is een plotse reactie op een geklemd, verbogen of slecht
uitgelijnd zaagblad. TERUGSLAG veroorzaakt het terugwerpen van het werkstuk in de
richting van de operator. TERUGSLAG KAN TOT ERNSTIGE VERWONDINGEN
LEIDEN. Vermijd TERUGSLAG door het blad scherp te houden, de langsgeleider
evenwijdig aan het zaagblad te houden, het spouwmes en de bovenste
zaagbladbeschermer op hun plaats en in goede staat te houden, door het werkstuk niet
los te laten tot u het volledig voorbij het zaagblad hebt geduwd en door geen stukken in
hun langsrichting te zagen die gedraaid of scheefgetrokken zijn of die geen rechte kant
hebben om naast de langsgeleider te bewegen.
▪
Voer geen bewerkingen uit met de vrije hand. Met de vrije hand betekent dat u uw handen
gebruikt om het werkstuk te ondersteunen of te geleiden in plaats van de langsgeleider of
de verstekbak.
▪
Buig NOOIT over of rond het zaagblad. Reik NOOIT naar een werkstuk vóór het zaagblad
volledig tot stilstand is gekomen.
▪
Vermijd plots en snel aanvoeren. Voer harde werkstukken zo traag mogelijk door. Plooi of
draai een werkstuk nooit tijdens het aanvoeren. Als het zaagblad tijdens het aanvoeren
vastloopt of klemt, zet dan het toestel onmiddellijk uit. Haal de stekker uit het stopcontact.
Verwijder de blokkering.
▪
Verwijder NOOIT afgezaagde stukjes en raak nooit een zaagbladbeschermer aan zolang
het blad draait.
▪
Klop alle losse knoesten van het werkstuk af VÓÓR u begint met zagen.
▪
Mishandel het snoer niet. Trek nooit aan het snoer om de stekker uit het stopcontact te
halen. Hou het snoer uit de buurt van hitte, olie, water en scherpe randen.
▪
Sommige soorten stof die ontstaan tijdens het werken bevatten chemicaliën die kanker,
geboorteafwijkingen of andere erfelijke schade kunnen veroorzaken. Enkele voorbeelden
van deze stoffen zijn:
▪
Lood uit materiaal met loodhoudende verf
▪
Arsenicum en chroom uit chemisch behandelde houtsoorten
▪
Uw gevaar door deze blootstellingen is afhankelijk van hoe vaak u dit werk doet
▪
Om uw blootstelling aan deze chemicaliën te verminderen: werk in een goed verluchte
omgeving en werk met gekeurde veiligheidsuitrusting zoals stofmaskers die speciaal
ontworpen werden om microscopische deeltjes uit te filteren.
▪
Sluit het toestel voor het zagen aan op een stofopvangsysteem.
▪
De zaagbladbeschermer kan tijdens het plaatsen van het werkstuk of, voor het gemak,
tijdens onderhoudswerkzaamheden worden opgetild. Zorg ervoor dat de
zaagbladbeschermer neergelaten is en vlak tegen de zaagtafel leunt vóór u het toestel
aansluit.
Copyright © 2023 VARO
POWX07583
P a g i n a
| 7
NL
www.varo.com