Crivit 373655 2104 Guía Rápida página 16

• Gebruik het product alleen op geschikte
oppervlakken die vlak, schoon en droog zijn.
Blijf indien mogelijk uit de buurt van andere
verkeersdeelnemers. Vermijd aflopende terrei-
nen, trappen en open water.
• Rijd nooit in het donker of bij slecht zicht.
• Bij continu gebruik wordt de rem heet. Raak
hem niet aan voordat deze afgekoeld is om
brandwonden te voorkomen.
• Laat uw kind het product niet zonder toezicht
gebruiken, omdat kinderen de mogelijke geva-
ren niet kunnen inschatten.
Voorkomen van materiële schade!
• Vermijd water, olie, kuilen en zeer ruwe
oppervlakken.
Montage
Het artikel wordt samengeklapt in transportcon-
ditie geleverd. Ga om hem klaar te maken om te
rijden, op de volgende wijze te werk:
Uitklappen (afb. A)
1. Trek de vergrendelingshevel (1) naar boven
en houd deze vast.
2. Trek de hevel (2) naar boven, laat daarna de
vergrendelingshevel los en klap de stuurstang
(3) naar voren totdat deze vastklikt.
Handgreep monteren (afb. B)
1. Maak de handgrepen (4) los uit de hou-
ders (5).
2. Til de vergrendeling omhoog (6).
3. Duw de arreteerknoppen (7) op de handgre-
pen naar beneden en schuif de grepen aan
beide zijden in de T-stang (8) van de stuur-
stang. De arreteerknoppen moeten hoorbaar
in de hiertoe voorziene boorgaten (9) klikken.
4. Duw de vergrendeling over de arreteerknop-
pen naar beneden.
Aanwijzing: draai de bevestigings-
schroeven van de vergrendeling regel-
matig aan.
Stuurstanghoogte instellen (afb. C)
De stuurstang kan op vier verschillende hoogten
worden ingesteld. Het artikel mag alleen worden
gebruikt, wanneer de arreteerknop in een van
de vier hiertoe voorziene boorgaten is geklikt en
de stuurstang vervolgens met de snelsluiting is
vergrendeld!
16 NL/BE
1. Ontgrendel de snelsluiting (10) aan de stuur-
stang (3).
2. Trek de stuurstang naar boven totdat de arre-
teerknop (11) in een van de vier boorgaten
(12) vastklikt.
3. Vergrendel de stuurstang middels het vastzet-
ten van de snelsluiting.
Aanwijzing: voor zover de snelvergrendeling
bij het sluiten niet goed op de stuurkolom past,
draait u de kartelschroef stevig vast met de
meegeleverde inbussleutel.
Let erop, dat de snelsluiting vastgedraaid is,
voordat u deze aanhaalt.
Stuurkoplager (afb. D)
Bij de levering van het product is het stuurkopla-
ger (13) reeds ingesteld. Mocht het stuur na een
tijdje te veel speling hebben of zwaar draaibaar
zijn, dan kunt u het stuurkoplager door een spe-
ciaalzaak of een fietswinkel laten instellen.
Rem
Remkracht instellen
WAARSCHUWING!
De remkracht moet zo worden inge-
steld, dat het achterwiel bij een niet
aangetrokken remhendel vrij loopt
en bij een aangetrokken remhendel
blokkeert.
Draai de instel- en contramoer (21) naar links,
om de remkracht te verminderen en draai de in-
stel- en contramoer naar rechts, om de remkracht
te verhogen (afb. E).
Artikel in de transport-
toestand brengen
1. Ontgrendel de snelsluiting (10) aan de stuur-
stang (3) en druk op de arreteerknop (11)
(afb. C).
2. Schuif de stuurstang (3) helemaal naar bene-
den en zet de snelsluiter (10) vast (afb. C).
3. Til de vergrendeling (6) op (afb. B).
4. Druk op de arreteerknoppen (7) van de
grepen en trek de grepen (4) uit de T-stang
(8) (afb. B).
5. Bevestig de grepen in de houders (5) (afb. B).
6. Sluit de vergrendeling opnieuw.