3. Voor de voeding naar de omheining mogen alleen hoogspanningskabels gebruikt worden. Er mag
geen gebruik worden gemaakt van kabels voor in huis (alleen toegelaten tot 500V).
TIP 6: AARDING VERBETEREN
1. Sla de aardpennen op een afstand van 10m van het gebouw minstens 1 meter de grond in. De
grond moet altijd vochtig zijn.
2. Sla meerdere aardpennen op een onderlinge afstand van minstens 3m in de grond en verbind
deze met elkaar. Aardpennen moeten gemaakt zijn van een materiaal dat niet roest, bijv. roestvrij
staal, of moeten gegalvaniseerd zijn.
TIP 7: TYPISCHE INSTALLATIE VAN EEN SCHRIKDRAADSYSTEEM
3
2
1. SCHRIKDRAADAPPARAAT
Is verantwoordelijk voor de stroomvoorziening van het schrikdraadomheining systeem. Het
geschikte apparaat wordt bepaald door de totale lengte van de omheining, de diersoort die moet
worden gehoed/afgeschermd en de aansluitmogelijkheden. Mogelijk zijn 9V batterij-apparaten,
12V oplaadbare accu-apparaten of 230V netstroom apparaten.
2. AARDPEN / AARDING
De basisvoorwaarde voor het functioneren van het schrikdraadapparaat, is een optimale
afrasteringsspanning en een goede aarding. De optimale afstand tussen de aardpennen is 3m
en ze moeten zo diep mogelijk in de grond worden geplaatst. Volgens VDE moeten de aarding en
de woning minstens 10 meter van elkaar verwijderd zijn.
I nfo
Aardpennen moeten worden beschermd tegen roest, anders hebben ze een isolerende
werking. In droge omstandigheden helpt het vaak om de aardpennen water te geven om de
aarding te verbeteren en om voldoende spanning op de afrastering te hebben. Standaard
worden 1-1,5m lange staven gebruikt.
158
4
5
1
GEBRUIKSAANWIJZING VOSS.FARMING XTREME DUO WIFI
3
7
6
41585 - 04.2023 - V1