Nederlands
19. Bewaar geen brandbare voorwerpen zoals benzine
of verdunner.
Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen
met een ontvlambaar drijfgas in dit apparaat.
Dit kan leiden tot brand of een explosie.
20. Bewaar geen medische hulpmiddelen of
wetenschappelijke monsters.
Dit kan leiden tot een ongeval.
21. Bewaar geen droogijs.
De sublimatie van droogijs tot kooldioxidegas zorgt
ervoor dat elke luchtdichte container uitzet of mogelijk
explodeert. Ook kan een plotselinge
temperatuurverandering leiden tot schade.
22. Plaats geen container met vloeistof of andere
onstabiele voorwerpen op het apparaat.
Een onstabiel voorwerp kan vallen en letsel
veroorzaken. Ook kan gemorste vloeistof de isolatie
van elektrische componenten beschadigen, wat
kortsluitingsbrand kan veroorzaken.
23. Gebruik de meegeleverde netstroomadapter of het
gelijkstroomsnoer van de autovoedingsbron niet
met iets anders dan dit apparaat.
Dit kan leiden tot rookontwikkeling of ontsteking.
24. Zorg er bij het plaatsen van het apparaat voor dat
het netsnoer en de gelijkstroomkabel niet bekneld
of beschadigd raken.
25. Plaats geen pennen, draden of andere metalen of
vreemde voorwerpen in de inlaat- of uitlaatpoorten
of andere openingen.
Dit kan leiden tot ongevallen of schade.
26. Gebruik het apparaat niet als er afwijkingen
optreden tijdens het gebruik, zoals een vieze geur,
oververhitting of rookontwikkeling.
Stop onmiddellijk met het gebruik en neem contact op
met de winkel waar u het apparaat hebt gekocht.
27. Gebruik het apparaat niet voor andere doeleinden
dan waarvoor het is ontworpen.
28. Doe geen gekke dingen met het snoer. Draag het
apparaat niet aan het snoer en trek niet aan het
snoer om de stekker uit het stopcontact te halen
(sigarettenaanstekeruitgang).
Houd het snoer uit de buurt van warmte, olie en
scherpe randen. Wees voorzichtig bij het opbergen of
gebruiken van het snoer en voorkom dat u op het snoer
stapt of het vasthaakt op plaatsen waar onnodige druk
kan worden uitgeoefend en schade veroorzaakt. Dit kan
leiden tot een elektrische schok of kortsluiting, wat
brand kan veroorzaken.
29. Besteed veel aandacht aan het onderhouden van
het apparaat.
○ Controleer regelmatig de netsnoeren en neem contact
op met uw dealer voor reparaties in geval dat deze
beschadigd zijn.
○ Als een verlengsnoer gebruikt wordt, controleer het dan
regelmatig en vervang in geval dat het beschadigd is.
○ Controleer op een foutieve uitlijning, vastgelopen of
defecte bewegende onderdelen en andere problemen
die van invloed zijn op de juiste werking van het
apparaat.
○ Gebruik het apparaat niet als de schakelaar niet goed
werkt. Elk apparaat dat niet via de schakelaar bediend
kan worden is gevaarlijk en moet onmiddellijk
gerepareerd worden.
30. Reparaties aan het apparaat mogen alleen
uitgevoerd worden door experts.
○ Het apparaat voldoet aan alle relevante
veiligheidsvoorschriften en mag niet aangepast worden.
○ Alle reparaties moeten aangevraagd worden bij een
erkend HiKOKI-servicecentrum. Proberen reparaties uit
te voeren zonder de juiste vaardigheden kan leiden tot
ongelukken en verwondingen.
31. Ga niet zitten of staan op het apparaat.
Dit kan leiden tot ongevallen of storingen.
32. Blokkeer de inlaat- of uitlaatpoorten
(ventilatieopeningen) niet.
Dit kan schade tot gevolg hebben.
33. Leg het apparaat niet neer en gebruik het niet
ondersteboven.
Hierdoor kan de inhoud naar buiten stromen.
34. Houd het apparaat uit de buurt van hoge
temperaturen en plaats het niet in de buurt van een
fornuis of andere verwarmingsapparatuur.
Dit kan het apparaat vervormen of een ongeluk
veroorzaken.
35. Plaats het apparaat in een goed geventileerde
ruimte. Zorg er bij gebruik in de buurt van een
muur voor dat er meer dan 10 cm ruimte is tussen
het apparaat en het muuroppervlak.
○ Plaats het apparaat niet in andere meubels of in een
kast.
○ Zorg ervoor dat het apparaat op een plek staat waar de
lucht stroomt.
36. Plaats geen meerdere draagbare stopcontacten of
draagbare voedingen aan de achterkant van het
apparaat.
37. Laat het apparaat niet met het deksel open.
Dit kan de prestaties nadelig beïnvloeden.
38. Bewaar voedingsmiddelen en dranken niet voor
langere tijd nadat ze zijn geopend.
Dit kan leiden tot verandering of verslechtering van de
voedselkwaliteit.
39. Bewaar voedingsmiddelen niet rechtstreeks in het
apparaat.
Het apparaat is niet antibacterieel behandeld, dus
de voedingsmiddelen moeten worden verpakt of in
een polyethyleen zak worden geplaatst.
40. Plaats geen ijsblokjes of water rechtstreeks in het
apparaat.
Dit kan schade tot gevolg hebben.
41. Vries voorwerpen die gemakkelijk breken, zoals
glazen flessen, niet in.
42. Gebruik hittebestendige flessen bij het opbergen
van PET-flessen voor thermische isolatie.
Sommige PET-flessen hebben een lage
warmtebestendigheid en zijn gevoelig voor vervorming
en beschadiging.
43. Sleep niet over de vloer met enig ander deel dan
de zwenkwielen die de vloer raken.
Dit kan schade aan het apparaat of aan het oppervlak
van de vloer veroorzaken.
44. Voordat u het apparaat gebruikt, moet u ervoor
zorgen dat de schouderriem en de handgreep niet
losraken en geen problemen veroorzaken.
45. Vervoer het apparaat niet met het deksel open.
46. Wanneer het deksel op het apparaat is gesloten,
moet u de vergrendeling gebruiken om het deksel
vast te zetten.
47. Zorg ervoor dat uw vingers niet bekneld raken bij
het openen of sluiten van het deksel.
48. Vervoer het apparaat niet aan het deksel.
49. Zorg er bij het vervoeren van het apparaat voor dat
het deksel met de vergrendeling is vastgezet.
50. Zorg dat het deksel niet wordt blootgesteld aan
sterke stoten wanneer het open is.
51. Bespuit het apparaat niet met insecticide, parfum
of deodorant.
52. Niet onderdompelen in water of zeewater en niet
direct besproeien met water onder hoge druk.
53. Laat het apparaat niet onbeheerd achter met vocht
erin.
Als u het onbeheerd op deze manier achterlaat, kan dit
schimmelgroei tot gevolg hebben. Veeg het resterende
vocht weg en zorg ervoor dat het apparaat droog is.
46