de schroef die al in de basis zit met een ringetje en
een bout om het geheel vast te draaien.
1
2
5. Zet de plastic basis op een gewenste paal.
6. Gebruik de 2 U-bouten, en draai de basis aan de
paal met 4 ringetjes en bouten.
7. Zet de windsensor horizontaal boven op de paal.
8. Gebruik de schroeven om hem vast te draaien.
9. Open het batterijvak.
6
5
10. Gebruik een kompas om de windvaan te draaien,
totdat de NOORD-indicator richting het "Noorden"
wijst.
11. Druk RESET.
12. Sluit het batterijvak.
13. Draai de hoes rechtsom om te sluiten.
10
11
9
7
DE REGENMETER OPSTELLEN
De regenmeter vangt neerslag op en meet de
neerslaggegevens over een bepaalde periode. De sensor
verzendt de gegevens draadloos naar het basisstation.
Plaats het basisstation en de regenmeter binnen bereik
van elkaar: ongeveer 100 meter (328 voet) meter in open
ruimte.
4
3
9
7
8
12
13
6
De regenmeter moet horizontaal geplaats worden op
ongeveer 1 meter (2-3 voet) van de grond, op een open
plek, uit de buurt van bomen en andere obstructies, zodat
de neerslag op een natuurlijke manier opgevangen kan
worden en de gegevens accuraat zijn.
Om de sensor in te stellen:
1. Schuif de klep omhoog en plaats de batterijen (2 x
UM-3 / AA), zodat de polariteit (+ / - ) klopt.
2. Verwijder de tape.
3. Laat wat waterdruppels op het kruisje onderaan
de trechter vallen om te kijken of de meter precies
horizontaal staat.
Als er water achterblijft op posities 1-4, dan is de meter
niet goed genivelleerd.
4. Indien nodig kunt u de nivellering bijstellen door
middel van de schroef.
NB Voor het beste resultaat moet u zorgen dat de basis
horizontaal staat. Zodat de opgevangen neerslag goed
door kan stromen.
1
3
2
4