NL
DE COMPRESSOR NIET GEBRUIKEN ALS DE DRUGREGELAAR
DEFECT IS.
16. DE COMPRESSOR ENKEL GEBRUIKEN VOOR DE
TOEPASSINGEN GESPECIFICEERD IN HET VOLGENDE
INSTRUCTIEHANDBOEK
De compressor is een machine die samengeperste lucht produceert.
Nooit de compressor gebruiken voor toepassingen die niet degene
zijn die gespecifi ceerd worden in het instructieboekje.
17. DE COMPRESSOR CORRECT GEBRUIKEN
De compressor doen werken overeenkomstig de instructies van dit
handboek. De compressor niet door kinderen of personen, die niet
vertrouwd zijn met de werking ervan, laten gebruiken.
18. NAGAAN OF ELKE SCHROEF, BOUT EN DEKSEL STEVIG
VASTGEZET ZIJN
Nagaan of elke schroef, bout en plaatje stevig vastgezet zijn.
Regelmatig nagaan dat ze goed aangedraaid zijn.
19. HET OPZUIGROOSTER SCHOON HOUDEN
Het ventilatierooster van de motor schoon houden. Regelmatig dit
rooster schoonmaken als de werkomgeving zeer vuil is.
20. DE COMPRESSOR DOEN WERKEN OP NOMINALE
SPANNING
De compressor doen werken op de spanning aangeduid op het
plaatje van de elektrische gegevens. Als de compressor gebruikt
wordt op een spanning hoger dan de nominale, zal de motor sneller
draaien en kan de eenheid beschadigd worden waardoor de motor
verbrandt.
21. DE COMPRESSOR NOOIT GEBRUIKEN ALS HIJ DEFECT IS
Als de compressor bij het werken vreemde geluiden of overdreven
trillingen maakt of defect lijkt, moet hij onmiddellijk stilgezet worden
en controleert u de functionaliteit of neemt u contact op met de
dichtstbijzijnde geautoriseerde assistentiedienst. Oplosmiddelen
zoals benzine, verdunners, diesel of andere middelen die
alcohol bevatten kunnen de plastieken delen beschadigen, deze
produkten niet op de delen in plastiek wrijven. Eventueel deze
delen schoonmaken met een zacht doek met water en zeep of met
aangepaste vloeistoffen.
23. ENKEL ORIGINELE VERVANGSTUKKEN GEBRUIKEN
Het gebruik van niet originele vervangstukken doet de garantie
vervallen en veroorzaakt een slechte werking van de compressor.
De originele vervangstukken zijn beschikbaar bij de geautoriseerde
dealers.
24. DE COMPRESSOR NIET VERANDEREN
De compressor niet veranderen. Een geautoriseerde assistentiedienst
raadplegen voor alle herstellingen. Een niet geautoriseerde
verandering kan de prestaties van de compressor verminderen, maar
kan ook de oorzaak zijn van ernstige ongelukken voor de personen
die niet de nodige technische kennis bezitten om de veranderingen
uit te voeren.
25. DE DRUKREGELAAR AFZETTEN ALS DE COMPRESSOR NIET
GEBRUIKT WORDT
Als de compressor niet gebruikt wordt, de hendel van de drukregelaar
in stand "0" (OFF) zetten, de compressor ontkoppelen van de stroom
en het kraantje van de lijn openen om de samengeperste lucht uit
de tank te laten.
26. DE WARME DELEN VAN DE COMPRESSOR NIET AANRAKEN
Om brandwonden te vermijden, de buizen, de motor en alle andere
warme delen niet aanraken.
27. DE LUCHTSTRAAL NIET RECHTSTREEKS OP HET LICHAAM
RICHTEN Om risico's te vermijden nooit de luchtstraal op personen
of dieren richten.
28. CONDENSWATER VAN DE TANK AFVOEREN
Dagelijks of elke 4 werkingsuren de tank ontladen. Het
afvoermechanisme openen en de compressor laten overhellen,
indien nodig, om het verzamelde water te verwijderen.
34
29. DE COMPRESSOR NIET STILZETTEN DOOR AAN DE
VOEDINGSKABEL TE TREKKEN
De schakelaar "0/I" (ON/OFF) van de drukregelaar gebruiken om
de compressor stil te zetten.
30. PNEUMATISCH CIRCUIT
De aangeraden buizen, pneumatisch gereedschap gebruiken die
een druk hoger of gelijk aan de maximum werkingsdruk van de
compressor verdragen.
VERVANGSTUKKEN
Voor de herstellingen enkel originele vervangstukken gebruiken die
identiek zijn aan de vervangen delen.
De herstellingen moeten enkel uitgevoerd worden door een geautoriseerde
assistentiedienst.
WAARSCHUWINGEN
INSTRUCTIES VOOR DE AARDING
Deze compressor moet geaard worden, terwijl hij in gebruik is, om de
bediener te beschermen tegen elektrische schokken.
De ÈÈnfase-compressor is voorzien van een tweepolige kabel plus
aarde. De driefase-compressor is voorzien van een elektrische kabel
zonder stekker. De elektrische verbinding moet uitgevoerd worden door
een gekwalifi ceerd technicus.
Wij raden aan nooit de compressor te demonteren en ook geen andere
verbindingen in de drukregelaar te maken. Eender welke herstelling
moet enkel uitgevoerd worden door geautoriseerde assistentiediensten
of door ander gekwalifi ceerde centra.
Nooit vergeten dat de draad voor de aarding de groene of de geel/groene
is. Nooit deze groene draad verbinden met een terminal in werking.
Alvorens de stekker van de voedingskabel te vervangen, ervoor zorgen
dat de aardingsdraad verbonden is. Bij twijfel een gekwalifi ceerde
elektricien roepen en de aarding laten controleren.
VERLENGSNOER
Enkel een verlengsnoer met stekker en aarding gebruiken, nooit
beschadigde of platgedrukte verlengsnoeren gebruiken. Zich ervan
vergewissen dat het verlengsnoer in goede staat is.
Als men een verlengkabel gebruikt zich ervan vergewissen dat de
doormeter van de kabel voldoende is om de stroom geabsorbeerd door
het product dat u zal verbinden te dragen.
Een te dun verlengsnoer kan spanningsverlagingen veroorzaken en
zodoende een verlies van kracht en een overdreven verhitting van het
apparaat.
De verlengkabel van de ÈÈnfase-compressoren moet een doormeter
hebben overeenkomstig zijn lengte, zie tabel (tab. 1)
Tab. 1 DOORMETER GELDIG VOOR
DE MAXIMUM LENGTE 20 mt ÈÈnfase
CV
kW
0.75 – 1
0.65 – 0.7
1.5
1.1
2
1.5
2.5 – 3
1.8 – 2.2
WAARSCHUWINGEN
Alle risico's op elektrische ontladingen vermijden.
De compressor nooit gebruiken met een beschadigde elektrische kabel
of verlengsnoer.
Regelmatig de elektrische kabels controleren.
De compressor nooit gebruiken in of dichtbij water of in de nabijheid
van een gevaarlijke omgeving waar elektrische ontladingen kunnen
voorkomen.
220/230V
110/120V
2
2
(mm
)
(mm
)
1.5
2.5
2.5
4
2.5
4 –6
4
/