Werking van de trekschakelaar (Fig. 5)
LET OP:
• Alvorens de accu in het gereedschap te installeren,
controleert u eerst of de trekkerschakelaar goed werkt
en na loslaten terugkeert naar de uit-stand.
Deze machine is voorzien van een ontgrendelknop, om
te voorkomen dat de trekschakelaar per ongeluk wordt
ingedrukt.
Om de machine te starten, drukt u de ontgrendelknop in
en daarna drukt u de trekschakelaar in. Om de machine
te stoppen, laat u de trekschakelaar los.
De werking van de kettingrem controleren (Fig. 6)
OPMERKING:
• Als de kettingzaag niet kan worden gestart, moet u de
kettingrem loszetten. Trek de beschermkap van de
voorhandgreep naar achteren tot u voelt dat deze
aangrijpt.
Houd de kettingzaag met beide handen vast bij het
inschakelen.
Houd de bovenhandgreep met uw rechterhand vast en
de voorhandgreep met uw linkerhand. Het zaagblad en
de ketting mogen geen enkel voorwerp aanraken.
Druk eerst de ontgrendelknop in en knijp daarna de
trekschakelaar in.
De zaagketting begint onmiddellijk te draaien.
Duw de beschermkap van de voorhandgreep naar voren
met de rug van uw hand. De zaagketting moet
onmiddellijk tot stilstand komen.
LET OP:
• Als de zaagketting niet onmiddellijk tot stilstand komt
wanneer deze controle wordt uitgevoerd, mag de
kettingzaag onder geen beding worden gebruikt. Neem
contact op met een in MAKITA gespecialiseerde
reparatiedienst.
De uitlooprem controleren
Schakel de kettingzaag in.
Laat de trekschakelaar helemaal los. De zaagketting
moet binnen een seconde tot stilstand komen.
LET OP:
• Als de zaagketting niet binnen een seconde tot
stilstand komt wanneer deze controle wordt uitgevoerd,
mag de kettingzaag niet worden gebruikt. Neem
contact op met een in MAKITA gespecialiseerde
reparatiedienst.
De kettingsmering instellen (Fig. 7)
U kunt de toevoersnelheid van de oliepomp instellen met
behulp van de stelschroef. De hoeveelheid olie kan
worden ingesteld met behulp van een moersleutel.
Karabijnhaak (bevestigingsoog voor touw)
(Fig. 8)
De karabijnhaak (bevestigingsoog voor touw) wordt
gebruikt om het gereedschap op te hangen. Als u de
karabijnhaak wilt gebruiken, trekt u deze naar buiten en
bindt u er een touw aan vast.
INEENZETTEN
LET OP:
• Controleer altijd of het gereedschap is uitgeschakeld
en de accu ervan is verwijderd alvorens enig werk aan
het gereedschap uit te voeren.
Aanbrengen of verwijderen van de zaagketting
(Fig. 9, 10, 11, 12, 13 en 14)
LET OP:
• Draag altijd handschoenen wanneer u de zaagketting
aanbrengt of verwijdert.
• De zaagketting en het zaagblad zullen kort na gebruik
nog heet zijn. Laat ze eerst afkoelen, voordat u enig
werk aan het gereedschap gaat verrichten.
Om de zaagketting te verwijderen, gaat u als volgt te
werk:
1.
Druk de hendel helemaal open totdat die stopt.
2.
Draai de stelknop naar de "–" kant om de spanning
in de zaagketting los te zetten.
3.
Draai de hendel naar links om het kettingwieldeksel
los te maken tot het er vanaf komt.
4.
Verwijder het kettingwieldeksel.
5.
Verwijder de zaagketting en het zaagblad van de
kettingzaag.
Om de zaagketting weer te plaatsen, gaat u als volgt te
werk:
6.
Let op de juiste richting van de ketting. Het pijlteken
op de ketting geeft de juiste richting aan.
7.
Leg de ene kant van de zaagketting over het
uiteinde van het zaagblad en de andere kant rond
het kettingwiel.
8.
Leg het zaagblad op zijn plaats op de kettingzaag.
9.
Draai de stelknop naar de "–" kant om de stelpen in
de richting van de pijl te schuiven.
10. Plaats het kettingwieldeksel op de kettingzaag zo
dat de stelpen in het kleine gat in het zaagblad valt.
11. Draai de hendel helemaal naar rechts en dan een
kwart slag terug om wat speling te houden voor het
afstellen van de kettingspanning.
12. Draai de stelknop om de kettingspanning te regelen.
13. Draai
de
hendel
kettingwieldeksel vast te zetten.
14. Druk de hendel in en zet die terug in de
oorspronkelijke stand.
De kettingspanning instellen (Fig. 9 en 15)
De zaagketting kan na vele gebruiksuren los gaan zitten.
Controleer regelmatig de kettingspanning vóór gebruik.
1.
Druk de hendel in en open die helemaal totdat hij
klikt.
Draai
een
kettingwieldeksel ietwat los te zetten.
2.
Til het uiteinde van het zaagblad een ietsje omhoog.
3.
Draai aan de stelknop om de spanning van de
zaagketting te regelen. Trek de zaagketting strakker
totdat de onderkant van de zaagketting in de
zaagbladrail past (zie de cirkel in de afbeelding).
4.
Houd
het
zaagblad
kettingwieldeksel vast nadat de spanning van de
zaagketting is ingesteld. Zorg dat de zaagketting
onderaan niet los komt te hangen.
5.
Druk de hendel in en zet die terug in de
oorspronkelijke stand.
Controleer of de zaagketting onderaan stevig tegen de
onderkant van het zaagblad past.
LET OP:
• Trek de zaagketting niet al te strak. Bij een te hoge
spanning kan de zaagketting breken, het zaagblad
slijten en de stelknop defect raken.
naar
rechts
om
beetje
naar
links
om
licht
vast
en
zet
het
het
het
63