INSTALLEREN
Installatielocatie
• Kies een installatielocatie die stevig genoeg is om het gewicht van het apparaat te dragen.
Als de installatielocatie niet voldoende draagkrachtig is, kan het apparaat vallen en letsel veroorzaken.
• Installeer het apparaat niet op een locatie waar ontvlambare gassen vrij kunnen komen.
Er kan zich weggelekt gas om het apparaat verzamelen, wat kan leiden tot een explosie
• Een locatie waar het apparaat waterpas geïnstalleerd kan worden
• Een locatie waar voldoende ruimte is om het apparaat veilig te kunnen onderhouden
• Een locatie waar uit het apparaat lekkend water geen problemen kan veroorzaken
Voorkom de volgende soorten locaties:
• Locaties waar zout in grote hoeveelheden aanwezig is (in de buurt van de zee), of waar zwavelhoudende
gassen in grote hoeveelheden aanwezig zijn (gebieden met warmwaterbronnen). (Als het apparaat in
dergelijke gebieden gebruikt gaat worden, is speciaal onderhoud noodzakelijk.)
• Locaties waar oliën (zoals machineoliën), stoom, oliehoudende rook of bijtende gassen vrijkomen
• Locaties waar organische oplosmiddelen gebruikt worden
• Locaties in de buurt van apparatuur die hoogfrequente signalen genereren
• Locaties waar de buitenunit in de richting van een raam van de buren uitblaast
• Locaties waar het geluid van de buitenunit problemen kan veroorzaken
• Locaties met slechte luchtcirculatie
Elektrische bekabeling
Controleer of de installatie correct geaard is.
De installatie moet geaard worden. Als de installatie niet correct geaard is, kan gevaar voor elektrische
schokken ontstaan.
Controleer of er een aardlekschakelaar gemonteerd is.
De installatie mag alleen over een aardlekschakelaar gebruikt worden. Als die niet gemonteerd is, kan gevaar
voor elektrische schokken ontstaan.
Gebruik altijd zekeringen met de juiste capaciteit.
Wanneer u een doorverbinding maakt, kan het apparaat beschadigen of gevaar voor brand ontstaan.
Gebruik voor de voeding een schone groep voor de airconditioner.
Het apparaat loskoppelen van de netvoeding.
Dit apparaat moet aangesloten worden op de netvoeding via een schakelaar met een contactafstand van ten
minste 3 mm.
WAARSCHUWING
LET OP
VOORWAARDE
WAARSCHUWING
LET OP
167