Spiraalhaak met lichte druk net de klok mee in de rubberen dop draaien.
Plaats de naald:
Er dient op te worden gelet dat het hiervoor bestemde uiteinde van de
canule in het midden door het rubberen membraan van de glazen ampul
heen steekt. Het beste is om de naald vlak voor de injectie te plaatsen.
Spuit eerst enkele druppels van de vloeistof en de spuit is gebruiksklaar.
Na injectie:
Canule verwijderen, spiraalhaak uit de rubberen dop draaien, zuigerstang
volledig terugtrekken en cilinderampul eruit nemen.
Sterilisatie:
Na gebruik dient de SOPIRA Carpule spuit te worden gesteriliseerd in de
gebruikelijke apparatuur. Voor sterilisatie dient de spuit eerst te worden
gereinigd met een geschikt schoonmaakmiddel.
Status: 12.2009
15