geven moeten worden in, op de AUTO-stand. Stel
de schakelaars van camerakanalen die niet bezet
zijn resp. overgeslagen worden in, op de BYPASS-
stand.
2) Met de RUN TIME-regelaar (2) kan het gewenste
schakelinterval tussen 1 en 15 sec ingesteld wor-
den.
5.2 De camerakanalen manueel selecteren en
wisselen
1) Wenst u een camerabeeld continu op de monitor te
tonen, moet de overeenkomstige tuimelschakelaar
(1) van de camera-ingang in de HOME-stand ge-
schakeld worden. De controle-LED boven de scha-
kelaar licht op en geeft zo de selectie van het came-
rakanaal weer.
2) Indien naar een ander camerakanaal gewisseld
moet worden, plaats de schakelaar die zich in de
HOME-stand bevindt, weer terug in de oorspronke-
lijke stand (AUTO of BYPASS). Stel de betreffende
tuimelschakelaar van de gewenste camera-ingang
in de HOME-stand.
6 Technische gegevens
4 resp. 8 ingangen: . . . . . . 1 Vss/75 Ω, BNC
2 uitgangen: . . . . . . . . . . . 1 Vss/75 Ω, BNC
Bandbreedte: . . . . . . . . . . 20 MHz, ±3 dB
Kanaalscheiding: . . . . . . . . > 48 dB
Toegelaten omgevings-
temperatuurbereik: . . . . . . 0–40 °C
Voedingsspanning: . . . . . . 230 V~/50 Hz/5 VA
Afmetingen (B x H x D): . . 220 x 44 x 120 mm
Gewicht: . . . . . . . . . . . . . . 900 g
Opgemaakt volgens de technische gegevens van de
fabrikant. Deze behoudt zich het recht voor de techni-
sche gegevens te veranderen.
NL
B
13