3.
Controleer op beschadigde onderdelen voor-
dat u het gereedschap verder gebruikt. Een
beschermkap of ander onderdeel dat bescha-
digd is, moet nauwkeurig worden onderzocht
om te beoordelen of het goed werkt en zijn
beoogde functie kan uitvoeren. Controleer
of bewegende delen goed uitgelijnd zijn en
niet vastgelopen zijn, of onderdelen niet
kapot zijn en stevig gemonteerd zijn, en enige
andere situatie die van invloed kan zijn op de
werking van het gereedschap. Een bescherm-
kap of ander onderdeel dat beschadigd is,
dient vakkundig te worden gerepareerd of
vervangen door een erkend servicecentrum,
behalve indien anders aangegeven in deze
gebruiksaanwijzing.
4.
Schakel de motor alleen in wanneer de handen
en voeten uit de buurt van het snijgarnituur
zijn.
5.
Controleer vóór het starten of het snijgarnituur
geen contact maakt met enig voorwerp.
Gebruiksmethode
1.
Gebruik het gereedschap alleen bij goed licht
en zicht. Wees in de winter bedacht op gladde
of natte plaatsen, ijs en sneeuw (gevaar voor
uitglijden). Verzeker u er altijd van dat u stabiel
staat op hellingen, en ren nooit maar loop
rustig.
2.
Wees voorzichtig uw handen en voeten niet te
verwonden aan het snijgarnituur.
3.
Sta nooit op een ladder met draaiend
gereedschap.
4.
Klim nooit in een boom om daar met het
gereedschap te werken.
Werk nooit op een instabiele ondergrond.
5.
6.
Verwijder zand, stenen, nagels, enz. die u bin-
nen uw werkbereik vindt. Vreemde voorwerpen
kunnen het snijgarnituur beschadigen en gevaar-
lijke terugslagen veroorzaken.
7.
Als het snijgarnituur stenen of andere harde
voorwerpen raakt, moet u de motor onmid-
dellijk uitschakelen en het snijgarnituur
controleren.
8.
Controleer het snijgarnituur regelmatig op
beschadiging (inspecteren op haarscheurtjes
met de klopgeluidentest).
9.
Voordat u begint te werken, moet het snijgarni-
tuur op maximaal toerental draaien.
10. Het snijgarnituur moet zijn uitgerust met de bij-
behorende beschermkap. Gebruik het gereed-
schap nooit met een beschadigde bescherm-
kap of zonder aangebrachte beschermkap!
11.
Alle beschermingsmiddelen en alle
beschermkappen die bij het gereedschap zijn
geleverd, moeten tijdens het werk worden
gebruikt.
12. Verwijder altijd de accu uit het gereedschap:
—
iedere keer als u het gereedschap onbe-
heerd achterlaat;
—
voordat u een verstopping opheft;
—
voordat u het gereedschap controleert,
reinigt of er werkzaamheden aan gaat
verrichten;
—
na het raken van een vreemd voorwerp;
als het gereedschap op ongebruikelijke
—
manier begint te trillen.
13. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen altijd
vrij zijn van vuil.
14. Het snijgarnituur blijft werken nadat de motor
is uitgeschakeld.
Snijgarnituren
Gebruik uitsluitend het juiste snijgarnituur
voor de geplande werkzaamheden.
Onderhoudsinstructies
De toestand van het gereedschap, met name
1.
die van het snijgarnituur en de veiligheids-
uitrusting, moet worden gecontroleerd voor
aanvang van de werkzaamheden.
2.
Schakel de motor uit en verwijder de accu
voordat u onderhoudswerkzaamheden
uitvoert, het snijgarnituur vervangt, of het
gereedschap of de snijgarnituur schoonmaakt.
3.
Als een gereedschap niet wordt gebruikt, dient
dit binnen te worden opgeborgen op een droge,
hoge of afgesloten plaats, buiten het bereik van
kinderen. Onderhoud het gereedschap en maak
het schoon voordat u het opbergt.
BEWAAR DEZE
VOORSCHRIFTEN.
WAARSCHUWING:
door een vals gevoel van comfort en bekendheid
met het gereedschap (na veelvuldig gebruik)
en neem alle veiligheidsvoorschriften van het
betreffende gereedschap altijd strikt in acht.
VERKEERD GEBRUIK of het niet naleven van de
veiligheidsvoorschriften in deze gebruiksaanwij-
zing kan leiden tot ernstig letsel.
Veiligheidswaarschuwingen voor
een accuheggenschaar
1.
Houd alle lichaamsdelen uit de buurt van de
messenbladen. Verwijder geen snoeiafval en
houd geen materiaal om te snoeien vast terwijl
de messenbladen bewegen. Zorg ervoor dat de
aan/uit-schakelaar in de uit-stand staat voordat
u vastgeklemd materiaal uit de messenbladen
verwijdert. Een ogenblik van onoplettendheid kan
tijdens het gebruik van de heggenschaar leiden tot
ernstig persoonlijk letsel.
2.
Draag de heggenschaar aan het handvat met
stilstaande messenbladen. Bij het transpor-
teren of opbergen van de heggenschaar moet
altijd de schede om de messenbladen worden
gedaan. Door op de juiste manier met de heggen-
schaar om te gaan, verkleint u de kans op moge-
lijk letsel door de messenbladen.
Houd het elektrisch gereedschap alleen vast
3.
bij het geïsoleerde oppervlak omdat de mes-
senbladen met verborgen bedrading in aanra-
king kunnen komen. Wanneer de messenbladen
in aanraking komen met onder spanning staande
draden, zullen de niet-geïsoleerde metalen delen
van het gereedschap onder spanning komen te
staan zodat de gebruiker een elektrische schok
kan krijgen.
51 NEDERLANDS
Laat u NIET misleiden