4. Gebruik
2
5
4.4. De luchtstroomrichting wijzigen
<De verticale luchtstroomrichting wijzigen (Vane) (Waaier)>
Druk op de toets
• Telkens wanneer u op de toets drukt, verandert de instel-
A
ling.
Voor modellen met de zwaai- en automatische functie
Zwaaien
3
1
4
Voor modellen zonder de zwaai- en
6
automatische functie
7
* Op modellen die niet met een functie voor het instellen
van de verticale luchtstroom zijn uitgerust, knippert
A tweemaal wanneer de verticale luchtstroomrichting
wordt ingesteld.
<De horizontale luchtstroomrichting wijzigen (Jaloe-
zie)>
Druk op de toets
• Telkens wanneer u op de toets drukt, wordt omgeschakeld
tussen de zwaaiwerking en de vaste werking.
Voor modellen met de functie voor
het instellen van de jaloezie
* Op modellen die niet met een functie voor het instellen van
de horizontale luchtstroom zijn uitgerust, knippert
A tweemaal wanneer de horizontale luchtstroomrichting
wordt ingesteld.
Opmerking:
In de volgende gevallen kan de verticale luchtstroomrich-
ting van het apparaat afwijken van de richting die op het
display van de afstandsbediening wordt aangegeven.
• Het apparaat is bezig met opwarmen of ontdooien.
• Direct nadat het verwarmen is gestart (terwijl het systeem
wacht tot van stand wordt gewisseld).
• In de verwarmingsstand is de kamertemperatuur hoger
dan de temperatuurinstelling.
5.
Auto
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4 Stap 5
Stap 1 Stap 2 Stap 3 Stap 4
6.
Vast
Zwaaien
55