Voorbeeld: Zones 01 en 03 moeten inactief blijven wanneer het systeem in GUARD-status (HOME)
staat.
Submenu 3 - Call
Tel
Hier kan men de nodige telefoonnummers invoeren die de centrale bij een alarmmelding moet
oproepen. De invoer van de telefoonnummers moet steeds bestaan uit minstens 3 cijfers en
maximaal 13 cijfers. Wanneer het systeem geen verbinding heeft met de telefoonlijn, zal het systeem
de melding "PATh TROUBLE" geven samen met een geluidsindicatie.
Tele1: Nummer van de centrale bij netwerkverbinding. Tele2 ~ 4: Nummers voor spraakboodschap.
Voer de waarde "o" in wanneer men de desbetreffende telefoon wenst uit te schakelen.
Dial
Hier kan men het aantal oproepen naar een ingesteld telefoonnummer instellen. De defaultwaarde is
3 keer. Voer een aantal in en bevestig met de toets "#".
Vibrant ring
Hier kan men instellen hoeveel keer de telefoon (aangesloten op de centrale) moet overgaan om
over te schakelen naar de besturingsfunctie op afstand (zie verder). De defaultwaarde is 8 keer.
Voer een getal in van 01-99 en bevestig met de toets "#".
HAM06WS_v2
0
1
Set arm zone NO
01
0
3
Set arm zone NO
03
*
1.Alert
2.Home
3.Call
4.Del home
1.Tel
2.dial
3.Vibrant ring 4.bypass
1.Tele1 2.tele2
3.Tele3 4.Tele4
Input tel NO.
**********
Set dial times
**
Input ring times
**
19
#
#
VELLEMAN