NEDERLANDS
Twee 8x8 matrixen (16 x LED OCTOPANEL) kunnen tegelijkertijd bestuurd worden!
Verschillende werkmodi:
Fixed color mode: directe toegang tot 9 voorgeprogrammeerde kleuren
Static chase mode: 32 verschillende matrix kleuren chases met manuele snelheidscontrole
Sound chase mode: 32 verschillende muziekgestuurde matrix kleuren chases
Spectrum mix: 32 verschillende spectrum mix kleuren, inclusief trage kleurovergangen
Dimmer en snelheid regelbaar met schuifregelaar
Volautomatische DMX adressering van maximum 16 LED OCTOPANELS!
Blackout en "Full on" functie
Algemene dimmer + ultra snelle strobe functie
5. Via een universele DMX-controller:
Het DMX protocol is een veelgebruikt hoge snelheidssignaal voor het besturen van "intelligente"
lichteffecten. U moet een "kettingverbinding" maken tussen uw DMX controller en alle andere
lichteffecten door middel van symmetrische XLR M/V kabels van goede kwaliteit (bvb. JB Systems ref. 7-
0063). Om vreemde reacties van uw lichteffecten te voorkomen, die te wijten zijn aan allerlei storingen,
moet u een signaalbegrenzer van 90Ω tot 120Ω plaatsen aan het einde van de ketting. Gebruik nooit Y-
splitsingskabels, dit zal eenvoudigweg niet werken!
Elk toestel in de ketting moet haar eigen startadres hebben zodat het toestel weet welke instructies er
van de controller moeten opgevolgd worden en welke niet.
HOE HET JUISTE STARTADRES INSTELLEN:
Zie het vorige hoofdstuk (Hoofdmenu: DMX-512 adresinstelling) om te leren hoe u het startadres in dit
toestel moet instellen. Het startadres van elk toestel is zeer belangrijk. Het is echter onmogelijk om u in
deze handleiding uit te leggen welk startadres u moet instellen, aangezien dit volledig afhangt van de
controller die u gaat gebruiken en in welke kanaalmodus u gaat werken... gelieve dus de handleiding
van uw DMX controller te raadplegen om uit te zoeken welk startadres u moet instellen.
DMX-CONFIGURATIE:
JB SYSTEMS
27/49
®
HANDLEIDING
LED OCTOPANEL
NEDERLANDS
Uitgezonderd voor de 24 kanaals modus moet u voor de kanalen 1 en 2 de 000 waarde ingeven, indien
u kleuren zelf wilt samenstellen via kleurenmixing.
ONDERHOUD
Overtuig U ervan dat het gebied onder de installatieplaats vrij is van ongewenste personen tijdens het
onderhoud.
Zet het toestel uit, trek de netstekker uit het stopcontact en wacht tot het toestel is afgekoeld.
Bij inspectie moeten de volgende punten worden gecontroleerd.
Alle schroeven gebruikt om het te toestel te installeren en al zijn onderdelen moeten goed vastgedraaid
zijn en mogen niet verroest zijn.
Behuizingen, vastzetstukken, installeringplaatsen (plafond, spanten, schokbrekers) mogen absoluut niet
verwrongen zijn.
Wanneer een optische lens klaarblijkelijk beschadigd is door barsten of diepe krassen, dan moet deze
vervangen worden.
De stroomkabels moeten in perfecte staat zijn en behoren vervangen te worden, wanneer er zelfs maar
een klein probleem ontdekt werd.
Om het toestel tegen oververhitting te beschermen, behoren de ventilatoren (als die er zijn) en de
ventilatieopeningen elke maand gereinigd te worden.
De binnenkant van het toestel behoort elk jaar gereinigd te worden met een stofzuiger of een luchtspuit.
Het schoonmaken van inwendige en uitwendige optische lenzen en/of spiegels moet regelmatig worden
uitgevoerd om een zo goed mogelijke lichtuitstraling te verkrijgen. Hoe vaak ze schoon moeten worden
gemaakt hangt af van de omgeving waar het toestel wordt gebruikt: een klamme, rokerige of bijzonder
vuile omgeving kan een grotere opeenhoping van vuil veroorzaken op de optische uitrusting.
Reinig met een zachte doek en gebruik normale glasreinigende producten.
Droog de onderdelen altijd zorgvuldig af,
Reinig de uitwendige optische uitrusting minstens één keer per maand.
Reinig de inwendige optische uitrusting minstens om de 3 maanden.
JB SYSTEMS
28/49
®
HANDLEIDING
LED OCTOPANEL