Het symbool [ U ] wordt weergegeven:
• er bevindt zich geen kookpan op de
kookzone
• de gebruikte kookpan is niet geschikt voor
inductie
• de diameter van de bodem van de kookpan
is te klein ten opzichte van de kookzone
Het symbool [ E ] wordt weergegeven:
• schakel de kookplaat uit en terug aan
• bel de klantendienst
Eén van de kookzones of de volledige
kookplaat wordt uitgeschakeld:
• de noodbeveiliging werd ingeschakeld
• dat is het geval wanneer u vergeten bent
één van de kookzones uit te schakelen
• de beveiliging wordt eveneens geactiveerd
wanneer één of meerdere aanraaktoetsen
bedekt zijn
• één van de kookpannen is leeg en de
bodem ervan is oververhit
• de kookplaat beschikt eveneens over
een
automatische
vermogensverlaging en onderbreking in het
geval van oververhitting.
De ventilatie blijft in werking na de
uitschakeling van de kookplaat:
• Dat is geen defect, aangezien de ventilator
de
elektronica
van
beschermen
•
De
ventilator
uitgeschakeld
Het symbool [ L ] wordt weergegeven:
• Raadpleeg het hoofdstuk 'Vergrendeling
van het bedieningspaneel'.
Het symbool [
] ou [ ER03 ] licht op :
voorziening
voor
het
toestel
blijft
wordt
automatisch
Praktische informatie
• Een voorwerp of vloeistof bedekt de
toetsen van de bediening. Het symbool
verdwijnt van zodra de toetsen vrijgemaakt
of afgekuist zijn.
Het symbool [ E2 ] of[ E H ]licht op :
• De kooktafel is oververhit, laat afkoelen,
daarna kunt u ze weer terug inschakelen.
Het symbool [ E3 ]licht op :
• De kookpot is niet geschikt, gebruik een
andere kookpot.
Het symbool [ E6 ]licht op :
•
Foutstroomcircuit.
frequentie en spanning van het elektrisch
netwerk.
Het symbool [ E8 ]licht op :
• De luchttoevoer van de ventilator is
afgesloten. Maak deze vrij.
Het symbool [ E C ]licht op :
• Configuratiefout. Stel de kooplaat opnieuw
in volgens het hoofstuk « het symbool, en se
[ E 4 ] verschijnt».
Indien één van deze foutmeldingen blijft
verschijnen, kunt u de dienst na verkoop
contacteren.
D
Controleer
de
NL
43