2.5.2 Verwarmingssysteem zonder aansluiting voor een aan‐uitbediening vanop afstand
Voorbeelden van niet‐compatibele verwarmingssystemen:
Warmtepompen van Zodiac® Power, Optipac, Powerpac, Power First, enz. en andere merken.
Elektrische verwarming Zodiac® Red Line +, enz. en andere merken.
Warmtewisselaars Zodiac® Heat Line, Uranus, enz. en andere merken.
Voor alle andere verwarmingssystemen volstaat het om ze in serie aan te sluiten op de debietschakelaar
(systematisch voorzien op verwarmingssystemen).
Sluit een elektriciteitskabel van 2 x 0,75 mm² (niet meegeleverd) op de juiste lengte aan op aansluitingen 1 en 2
van de groene connector op de elektronische kaart van de AquaLink TRi® (zie §2.3.1).
Koppel een van de twee draden van de debietschakelaar los van het aansluitblok van het aan te sluiten toestel
(zie handleiding van het toestel indien nodig).
Sluit de draad van aansluitklem 1 van de AquaLink TRi® aan op de plaats van de losgekoppelde draad op het
aansluitblok van het verwarmingssysteem.
verbind de losgekoppelde draad van de debietschakelaar met de draad van aansluitklem 2 van de AquaLink TRi®
met behulp van een aangepaste aansluitklem.
Stel de adviestemperatuur van het verwarmingssysteem in op het maximum. De AquaLink TRi® zal de reële
adviestemperatuur beheren met behulp van zijn eigen watertemperatuursensor.
2.6 Aansluitingen van de iAqualink
De iAquaLink™‐antennekast is bedoeld om informatie van de AquaLink TRi® te versturen naar het internet (via
wifi of een RJ45‐Ethernetkabel) om het zwembad vanop afstand te kunnen beheren.
De aansluiting op het internetnetwerk moet stabiel zijn.
De iAquaLink™‐antennebehuizing wordt geleverd met een muurbevestigingskit en de bijhorende
snelstartgids.
De iAquaLink™‐antennekast mag pas worden geïnstalleerd nadat men heeft gecontroleerd of ze op die
plaats een goede wifi‐ontvangst heeft of op een RJ45‐Ethernetkabel kan worden aangesloten. Zie de bij
de iAquaLink™‐antennekast meegeleverde snelstartgids voor de configuratie‐ en koppelingsprocedure
op het internetnetwerk.
Alvorens de antennekast te bevestigen moet u ze configureren (zie snelstartgids).
De antennekast moet op twee meter van de grond en ten minste drie meter van een elektromotor, toestel of
metalen voorwerp worden geplaatst.
Boor twee gaten in de muur en bevestig de iAquaLink™‐antennekast met behulp van de meegeleverde
schroevenset.
Positioneer de RS485‐kabel voor de voeding van de iAquaLink™‐antennekast correct en sluit hem aan op
daartoe bestemde RS485‐aansluiting op de elektronische kaart van de AquaLink TRi®. U kunt de kabel bijsnijden
wanneer hij te lang is. Opgelet: deze kabel mag niet worden verlengd.
H0369400.B.NL – 2013/03
TM
‐antennekast
A = AquaLink TRi®
B = verwarmingssysteem
C = aansluitblok
D = debietschakelaar
1 = Groen
2 = Geel
3 = Zwart
4 = Rood
7