Schoonmaken en onderhoud
Regelmatige controle en onderhoud van het apparaat dragen ertoe bij defecten te voorkomen. Dit
bespaart u tijd en ergernis. Daarom moet u af en toe de afwasautomaat goed controleren.
Algemene toestand van de machine
Spoelruimte controleren op aanslag van vet en kalk.
Als u zulke aanslag aantreft:
machine met afwasmiddel grondig doorspoelen.
Vaatwaszout
Controleer het indicatielampje voor zout bijvullen "I". Vul,
indien nodig, zout bij.
Spoelglansmiddel
Controleer het indicatielampje spoelglansmiddel bijvullen "H"
op het voorpaneel. Vul, indien nodig, spoelglansmiddel bij.
Zeven
De zeven "7, 8" zorgen ervoor dat grove etensresten in het
spoelwater niet in de pomp terechtkomen. Door de etensresten
kunnen de zeven verstopt raken.
Na elke afwasbeurt de zeven op etensresten controleren
en eventueel schoonmaken.
Na het losdraaien van de grove/microzeef "7" kunt u tevens
de fijne zeef eruit "8" halen. Etensresten verwijderen en de
zeven onder stromend water schoonmaken.
De zeven "8" er weer in zetten en de grove/microzeef "7"
inzetten.
Sproeiarmen
Kalk en etensresten in het spoelwater kunnen de sproei-
openingen en de lagers van de sproeiarmen "9" en "10"
blokkeren.
Sproeiopeningen van de sproeiarmen op verstopping door
etensresten controleren.
Eventueel de onderste sproeiarm "10" naar boven eraf
trekken.
Bovenste sproeiarm "9" eraf schroeven.
Sproeiarmen onder stormend water schoonmaken.
Sproeiarmen weer vastdrukken resp. vastschroeven.
20
H
I
9
10
NL
7
8