f. Het alarmsysteem uitschakelen
•
Geef eenvoudigweg de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op
ingangsvertraging verstrijkt.
• Het alarmsysteem wordt inmiddellijk uitgeschakeld.
•
Twee pieptonen geven aan dat de code correct is ingegeven.
• Vijf pieptonen geven aan dat de code niet correct is ingegeven. Geef de code correct in na de
pieptonen.
g. Het geheugen wissen
Voor u het alarmsysteem kunt inschakelen, moet u het geheugen wissen.
•
Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op
• Alle leds van de zones doven.
• Het alarmsystem staat niet meer op scherp en op elk moment opneiuw ingeschakeld worden.
h. De paniekfunctie
Houd TWEE toetsen gelijktijdig gedurende meer dan drie seconden ingedrukt om het alarm te
doen afgaan. Dit noodsignaal is een softwarealarm, aangeduid als zone 8, en kan niet gewijzigd
worden.
i. De defecte zones controleren
• Schakel het alarmsysteem of de partitie uit.
• Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op
•
De leds van de defecte zones lichten op.
• Elke zone wordt gedurende 30 seconden gestest. Na elke test hoort u een pieptoon. Drukt u op
een toets binnen de 5 seconden na de pieptoon, dan start een nieuwe testperiode van 30
seconden. De testperiode kan naar wens hervat worden.
• Het systeem hervat de normale werking 5 seconden na de pieptoon (indien geen enkele toets
werd ingedrukt).
• Het alarmsysteem kan niet ingeschakeld worden tijdens deze test en het bedieningspaneel is
tijdelijk uitgeschakeld.
j. De batterij testen
• Het systeem test automatisch de noodbatterij eens om de 24 uur.
• Wenst u de batterij handmatig te testen, schakel dan eerst het alarmsysteem uit.
• Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op
• Een handmatige batterijtest beïnvloedt de periodieke batterijtest niet.
• De test duurt 5 seconden tot 2 minuten, afhankelijk van de batterij.
• Een handmatige batterijtest is aan te raden na het plaatsen van een verse noodbatterij.
k. De relaisuitgangen testen
Zichtbare en hoorbare alarmmeldingen zoals sirenes, flitslichten, enz. zijn aangesloten op
uitgangrelais. Een periodieke test van deze uitgangen garandeert een goede werking.
• Wenst u de uitgangen handmatig te testen, schakel dan eerst het alarmsysteem uit.
• Geef de correcte GEBRUIKERSCODE in en druk op
• De uitgangen voor de timing en het veerslot worden gedurende 5 seconden geactiveerd.
Controleer of alle
werken.
• Controleer de aansluiting van een defecte alarmmelding onmiddellijk.
• Een maandelijkse test van de uitgangen is aan te raden.
5.7
Technische specificaties
spanning
afmetingen
gewicht
00 (10/10/2008)
zichtbare en hoorbare alarmmeldingen zoals sirenes, flitslichten, enz. correct
12 VDC (via de HAM263D)
117 x 117 x 27 mm
220 g
HAM263D
,
en
,
en
,
en
,
en
35
voor de
.
.
. De batterijled flitst.
.
VELLEMAN