13
Specifieke aansluitingen: UITVOERING
MET VERWARMINGSELEMENT
de startknoppen van de functies Hydropomp 1, Hydropomp
2 en spot zijn uitgerust met een kabel van ongeveer 2000
mm lengte: de knop van Hydropomp 1, herkenbaar aan het
etiket op de kabel waarop 1 staat gedrukt, is aangesloten op
de aansluitpunten 1P en 1r (niet-polaire aansluiting).
op dezelfde wijze zijn de knop van Hydropomp 2,
herkenbaar aan het nummer "2" en de knop van de spot,
herkenbaar aan het nummer "3", respectievelijk aangesloten
op de aansluitpunten 2P en 2r en op de aansluitpunten 3P
en 3r.
indien de lengte van de bijgeleverde kabels niet voldoende
blijkt te zijn, kunnen deze door de installateur worden
verlengd, waarbij hij voor iPX5 aansluitingen moet zorgen
en gebruik moet maken van bipolaire kabels met dubbele
isolatie van de sectie, die minstens gelijk zijn aan die van de
kabels die voor de knoppen zijn gebruikt.
de startknoppen van de functies licht en hydromassage zijn
op een plaat van acryl gemonteerd, waarvan de boorgaten
gelijk zijn aan die van een inbouwdoos voor 4 contactpunten
van een willekeurige fabrikant van elektrisch materiaal.
de installateur kan indien gewenst zelf een traject onder de
kabelkanalen creëren.
de startknoppen van de functies zijn waterdicht en kunnen
daarom op een andere wijze, of op een willekeurig ander
type steun, worden geïnstalleerd.
de 3 niveausensors op het compensatiereservoir moeten
aan de draadverbindingen worden verbonden die van de
schakelkast komen: vanaf de laagste, de sensor van het
minimum nivea, aangegeven door de draad nummer "4", de
sensor van het werkniveau, aangegeven door de draad
nummer "5" dat het waterniveau aangeeft dat altijd in de
pool aanwezig moet blijven , en tenslotte bovenaan
geplaatst de niveausensor aangegeven door de draad
nummer "6" die ervoor zorgt dat de filters aangezet worden
als de personen die in de pool aanwezig zijn het water in de
compensatiekuip laten stromen.
in geen enkel geval de positie van de peilniveaumeters
verwisselen.
EIGENSCHAPPEN VAN WARMTEWISSELAAR
Minimaal vermogen verwarmingsketel
Bereik debiet pomp ketel
Minimum pompopvoerhoogte recirculatie ketel
Bereik optimale watertemperatuur ketel
Aansluitstukken verwarmingsketel
12
13
Specifieke aansluitingen: UITVOERING
MET WARMTEWISSELAAR
de startknoppen van de functies Hydropomp 1, Hydropomp
2 en spot zijn uitgerust met een kabel van ongeveer 2000
mm lengte: de knop van Hydropomp 1, herkenbaar aan het
etiket op de kabel waarop 1 staat gedrukt, is aangesloten op
de aansluitpunten 1P en 1r (niet-polaire aansluiting).
op dezelfde wijze zijn de knop van Hydropomp 2,
herkenbaar aan het nummer "2" en de knop van de spot,
herkenbaar aan het nummer "3", respectievelijk aangesloten
op de aansluitpunten 2P en 2r en op de aansluitpunten 3P
en 3r.
indien de lengte van de bijgeleverde kabels niet voldoende
blijkt te zijn, kunnen deze door de installateur worden
verlengd, waarbij hij voor iPX5 aansluitingen moet zorgen
en gebruik moet maken van bipolaire kabels met dubbele
isolatie van de sectie met kenmerken die minstens gelijk zijn
aan die van de kabels die voor de knoppen zijn gebruikt.
de startknoppen van de functies licht en hydromassage zijn
op een plaat van acryl gemonteerd, waarvan de boorgaten
gelijk zijn aan die van een inbouwdoos voor 4 contactpunten
van een willekeurige fabrikant van elektrisch materiaal.
de installateur kan indien gewenst zelf een traject onder de
kabelgleuven creëren.
de startknoppen van de functies zijn waterdicht en kunnen
daarom op een andere wijze, of op een willekeurig ander
type steun, worden geïnstalleerd.
de 3 niveausensors op het compensatiereservoir moeten
aan de draadverbindingen verbonden worden die van de
schakelkasten afkomstig zijn (Fig. 12): van beneden af, de
sensor van het minimumpeil, gemarkeerd door
draadnummer "4", de sensor van het werkniveau
gemarkeerd door draadnummer "5" die het waterniveau
aangeeft dat altijd in de pool aanwezig moet zijn, en ten
slotte, helemaal bovenaan, de niveausensor gemarkeerd
door draadnummer "6", die de taak heeft de filtering in te
schakelen iedere keer dat personen in de pool het water in
het compensatievat doen laten stromen.
Voor de installatie volg precies de volgorde op voor de
verbinding van de niveaumeter.
in het bedieningspaneel (1) is een paar contacten
beschikbaar (100 en 101) (Fig. 12) "normaal open schoon"
(3A Max) die gebruikt moeten worden voor het aanzetten en
het uitzetten
Van een verwarmingselement, een doorspoelpomp, een
zoneklep of ander systeem (
van vloeistof van de thermovector naar de warmtewisselaar.
r e s p e c t e e r
d e
warmtevloeistoftransporteur naar de warmtewisselaar.
) geschikt voor de aanvoer
X
s t r o o m r i c h t i n g
v a n
10÷20 l/min
180 mbar
60÷80°C
d e
10 kW
3/4"
37