OPMERKING 1 BETREFFENDE DE ONTVANGER: als de
knop van de ontvanger ingedrukt wordt en dus de verwar-
ming in of uit wordt geschakeld aligneert het relais zich na
enkele seconden terug automatisch op de vraag van de
zender. In geval het nodig zou zijn een bepaalde positie
op permanente wijze (ingeschakeld of uitgeschakeld) te
handhaven dient men in te werken op de modaliteit van de
status van de zender.
OPMERKING 2 BETREFFENDE DE ONTVANGER: in ge-
val van verlies van radiocommunicatie tussen ontvanger en
zender (zwakke batterijen of te ver verwijderd), zal de ont-
vanger automatisch de verwarming inschakelen (relais ge-
sloten) ongeacht het verzoek van de zender voorafgaand
aan het communicatieverlies (groene led onregelmatig
knipperend). Zie paragraaf fouten.
Het is toch mogelijk de verwarming om te schakelen van
aan (verwarming aan) naar uit (verwarming uit) bij middel
van het drukken op de knop van de ontvanger.
De gekozen positie is herkenbaar door de kleur van de
rode of groene LED die op onregelmatige wijze knippert.
Eens de radiocommunicatie weer ingevoerd is, werkt de
ontvanger terug volgens de regels van de zender.
INHOUD VAN DE VERPAKKING
Ontvanger radiofrequentie bekabeld
Zender in radiofrequentie
Pluggen en schroeven(Ø 5 mm)
Magnetische kleefband
Dubbelzijdige tape
Gebruikershandleiding
Batterijen 1,5V Type AAA
HET KLAARMAKEN VAN DE KETEL
De stroomtoevoer van de ketel uitschakelen, het instru-
mentenbord openen waar de elektrische aansluitingen
ondergebracht zijn (voor details wordt verwezen naar de
installatie- en gebruikershandleiding van de ketel). De
aansluitingen van de ontvanger koppelen aan de over-
eenkomstige aansluitingen op de ketel, erop lettend dat de
elektrische eigenschappen tussen het beschikbare in de
ketel en de ontvanger compatibel zijn (zie paragraaf tech-
nische specificaties). Het gebrek aan compatibiliteit brengt
een slecht functioneren met zich mee en kan de installa-
tie in gevaar brengen. De blauwe en bruine aansluitingen
zijn voor de stroomtoevoer van de ontvanger (identificeren
indien aanwezig in ketel vrije hoogspanningsklemmen, of
buitenboord stroomtoevoer). De zwarte aansluitingen moe-
ten gekoppeld worden aan de aansluitklemmen van de ka-
merthermostaat ketel (verbindingsstrip verwijderen indien
aanwezig).
Blauw = stroomtoevoer 230 Vac = N neutraal
Bruin = stroomtoevoer 230 Vac = L fase
Zwart & Zwart = Kamerthermostaat (T.A.) = I-O
HOEVEELHEID
1
1
4
3
dien aanwezig) moet verwijderd worden van de klemmen
2
van de kamerthermostaat.
BELANGRIJK: De bekabeling van de ontvanger vastma-
1
2
ken samen met de andere kabels van de ketel om toeval-
lige scheuren van de draden te vermijden die de veiligheid
van de installatie in gevaar kunnen brengen.
53
Zie afbeelding hiernaast voor de interne
koppeling van de ontvanger relaiskant.
Bekijk de volgende figuur voor een typi-
sche installatie.
BELANGRIJK: De verbindingsstrip (in-
NL