26
Hoofdstuk 3
a
Veldsterkten van vaste zenders, zoals basisstations voor mobiele/draadloze telefoons en
landmobiele radio's, radio's van zendamateurs, AM- en FM-radiozendapparatuur en
televisiezendapparatuur kunnen theoretisch niet met grote nauwkeurigheid worden voorspeld. Ter
beoordeling van de elektromagnetische omgeving bij vaste RF-zenders kan een onderzoek naar de
elektromagnetische geschiktheid van de desbetreffende omgeving worden uitgevoerd. Indien de
gemeten veldsterkte in de omgeving waarin het ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp wordt
gebruikt het bovenstaande RF-nalevingsniveau overschrijdt, dient het ProXenon-camerasysteem
met hoofdlamp te worden gecontroleerd om een normaal gebruik te kunnen waarborgen. Indien
een abnormale werking wordt vastgesteld, kunnen extra maatregelen nodig zijn, zoals het opnieuw
richten of verplaatsen van het ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp.
b
Binnen het frequentiebereik van 150 kHz tot 80 MHz dienen veldsterkten kleiner te zijn dan 3 V/m.
Aanbevolen scheidingsafstand tussen draagbare en mobiele RF-
communicatieapparatuur en het ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp
Het ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp is bestemd voor gebruik in een elektromagnetische
omgeving waarin uitgestraalde RF-storingen worden beperkt. De klant of gebruiker van het
ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp kan bijdragen aan het voorkomen van
elektromagnetische interferentie door een minimale afstand aan te houden tussen draagbare en
mobiele RF-communicatieapparatuur (zenders) en het ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp,
zoals hieronder aanbevolen, overeenkomstig het maximale nominale uitgangsvermogen van de
communicatieapparatuur.
Scheidingsafstand overeenkomstig zenderfrequentie (m)
Max. nominaal
150 kHz tot 80 MHz
uitgangs-
vermogen van
d = (1,17)
zender (W)
0,01
0,117
0,1
1
10
100
11,70
Voor zenders met een maximaal nominaal uitgangsvermogen dat niet hierboven is vermeld, kan
de aanbevolen scheidingsafstand d in meters (m) worden geschat met behulp van de vergelijking
zoals die van toepassing is op de frequentie van de zender, waarbij P het maximale nominale
uitgangsvermogen van de zender in watt (W) is volgens de fabrikant van de zender.
Opmerking 1: bij 80 MHz en 800 MHz is de scheidingsafstand voor het hogere frequentiebereik
van toepassing.
Opmerking 2: deze richtlijnen zijn mogelijk niet in alle situaties van toepassing.
Elektromagnetische voortplanting wordt negatief beïnvloed door absorptie en reflectie door
structuren, objecten en personen.
Welch Allyn ProXenon-camerasysteem met hoofdlamp
80 MHz tot 800 MHz
P
d = (1,17)
0,117
0,37
0,37
1,17
1,17
3,70
3,70
11,70
800 MHz tot 2,5 GHz
P
P
d = (2,33)
0,233
0,74
2,33
7,37
23,30