BA Saunaofen interne SteuerungNEU2:Saunaofen Thermic Kompakt 8spr
Bediening/werking
Beschrijving van de bedieningselementen
1) Bedrijfsschakelaar (UIT/AAN) met tijdschakelklok
2) Draairegelaar voor cabinetemperatuur
➀
Inschakelen
0 tot max. 4 uur inschakeltijd. Na afloop van de ingestelde tijd
Instellen van de cabinetemperatuur
Na het inschakelen van de bedrijfsschakelaar (1) verwarmt de kachel tot de
cabinetemperatuur ingesteld op de draairegelaar (2) is bereikt.
Een nauwkeurige graadverdeling op de draairegelaar is niet voorzien
omdat de instelling sterk afhankelijk is van de grootte en dichtheid van de
cabine.
Thermische zekering
De kachel is uitgerust met een thermische zekering die de kachel uitscha-
kelt als die door te dicht gestapelde stenen oververhit geraakt.
Resetten van de thermische zekering
Voor het openen van de behuizing de kachel stroomloos schakelen!
Schakelschachtafdekking demonteren.
Door indrukken van de knop wordt de afgeslagen zekering gereset.
Voor heringebruikneming de afdekking monteren en de kachel beveiligen.
2.
Reiniging en onderhoud
Voor het schoonmaken de kachel uitschakelen en laten afkoelen.
Voor het schoonmaken en onderhouden van de kachel mogen geen schu-
rende reinigingsmiddelen worden gebruikt.
➁
1.
3.
24.06.2010
15:20 Uhr
Opgietvloeistoffen
De saunakachel is geschikt voor sauna-opgietvloeistoffen.
Gelieve de volgende aanwijzingen in acht te nemen:
b
Gebruik enkel water dat aan de kwaliteitseisen voor huishoudelijk
water voldoet.
b
Bij gebruik van kalk- of ijzerhoudend water ontstaan aankoekingen op
stenen, metalen oppervlakken en in het waterreservoir.
b
Om het gevaar voor brandwonden veroorzaakt door opstijgende hete
stoom bij het opgieten te voorkomen dient de vloeistof steeds vanaf de
zijkant met een scheplepel te worden opgegoten.
b
Doordruppelend opgietwater kan duurzame verontreinigingen op de
vloer van de cabine veroorzaken.
b
Enkel een niet al te grote hoeveelheid vloeistof erop gieten, te veel
water op de stenen kan brandwonden tot gevolg hebben.
b
Opgieten volgens het algemeen welbevinden, de opgiethoeveelheid
mag 15 g/m³ cabinevolume niet overschrijden.
b
Het opgieten gebeurt rechtstreeks op de warme stenen in de kachel;
de vloeistof moet gelijkmatig over de stenen worden verdeeld.
b
Bij gebruik van opgietconcentraten (b.v. etherische oliën) moeten de
aanwijzingen van de fabrikant in acht worden genomen.
b
Het gebruik van te hoge concentraties van deze middelen kan defla-
graties tot gevolg hebben.
b
Opgietvloeistoffen met bijgemengde alcoholische dranken of andere
niet voor gebruik in sauna's voorziene additieven zijn vanwege het
gevaar voor brand, explosie en gezondheid niet toegestaan.
b
Bij niet-naleving van de boven opgesomde punten vervalt het recht op
garantie.
Let op! Opgietmiddelen kunnen vuile plekken op metalen oppervlakken en
saunastenen veroorzaken. Saunaopgietmiddelen met citrusgeur kunnen
op grond van het zuuraandeel roestplekken veroorzaken.
Gebruik voor het opgieten enkel opgietmiddelen in de door de fabrikant
voorziene verdunde vorm.
Wat te doen in geval van problemen?
De kachel verwarmt niet....
b
Hebt u alle nodige schakelaars bediend?
b
Is de zekering in de huisinstallatie afgeslagen?
b
Hebt u de temperatuurregelaar correct ingesteld?
b
Bij kachels van 3.6 kW reageert de aardlekschakelaar: stroomkring is
overbelast, stroomverbruikers aangesloten op dezelfde stroomkring
dienen van het net te worden gescheiden en te worden aangesloten op
een stroomkring die beveiligd is door een afzonderlijke zekering.
b
De aardlekschakelaar reageert, zie hoofdstuk "test isolatieweerstand"
b
De thermische zekering is afgeslagen / resetten
De kachel veroorzaakt een krakend geluid
b
Tijdens het verwarmen of terwijl de kachel in werking is zetten de com-
ponenten van de behuizing en de verwarmingselementen uit. De ver-
warmingselementen kunnen saunastenen doen verschuiven en gelui-
den veroorzaken. Krakende geluiden zijn normaal en geen reden tot
reclamatie.
Saunastenen barsten en veroorzaken reukhinder
b
Enkel de door de fabrikant aanbevolen saunastenen gebruiken.
b
Saunastenen verouderd, stenen vervangen.
Cabine wordt niet voldoende warm
b
Saunakachel te klein gedimensioneerd (zie tab. 1).
b
Te groot temperatuurverlies van de saunacabine b.v. door onvoldoen-
de of ontbrekende afdichtingen.
b
Foutieve aanduiding van de saunathermometer. Thermometer hoger
en met ca. 3 cm afstand tot de saunawand ophangen.
b
Defect van een verwarmingselement (verwarmingselement gloeit niet);
door een elektrovakman laten nazien en doormeten.
Seite 27
NL
27