4. Bevestig de invoer door op de MODE-toets te drukken. De minutenweergave
knippert. Herhaal stap 3 om de waarde voor de tweede plaats achter de
komma in te stellen.
5. Bevestig de invoer door op de MODE-toets te drukken.
Tip: houd de + of – -toets ingedrukt. Op deze wijze activeert u de functie voor
het snelle instellen van de waarden. De functie voor het snelle instellen kunt u
ook voor de volgende instelprocessen gebruiken. Wanneer u niet binnen
20 seconden een andere toets indrukt, keert het LC-display automatisch terug
naar de standaardweergave.
Opmerking: u kunt twee verschillende alarmen instellen.
6. Druk tweemaal kort op de MODE-toets, wanneer het weerstation zich in de
tijdweergavemodus
neer het weerstation zich in Modus ALARM 1 bevindt. U komt nu in de modus
ALARM 2.
7. Herhaal stap 2 – 5, om de waarde voor ALARM 2 in te stellen.
Wekfunctie activeren / deactiveren
1. Druk kort eenmaal of tweemaal op de MODE-toets
ALARM 1 of ALARM 2 te komen.
2. Druk op de + -toets
verschijnt op het LC-Display. De wekfunctie is geactiveerd.
134 NL/BE
bevindt. Druk eenmaal kort op de MODE-toets, wan-
7
. Het Alarm-1-symbool
35
, om in de modus van
34
of het Alarm-2-symbool
3
8