Configuraties Master / Slave; Bekabeling Master/Slave; Set-Up-Procedure Master/Slave - FAAC E721 Manual Del Usuario

7.4 CONFIGURATIES MASTER / SLAVE

Als een installatie moet worden vervaardigd met tegenoverstaande vleugels die tegelijkertijd moeten worden
ingeschakeld voor het openen en sluiten van de doorgang, moeten de twee apparaten E721 in de modus Master-/
Slave worden aangesloten en geconfigureerd.
Voor een goede werking van de installatie moeten alle noodzakelijke voorzieningen (fotocellen, veiligheidsvoorzieningen,
radio, openingsimpulsen, waarschuwingslamp) op de MASTE -apparatuur zijn aangesloten (parameter C t van het
eerste programmeerniveau geconfigureerd als
programmeerniveau geconfigureerd als
aangezien de bestaande ingangen volkomen worden genegeerd. De twee apparaten communiceren onderling
via de BUS-2EAS middels een GEPOLARISEERDE tweepolige kabel op klemmenbord J12.
De MASTE -apparatuur heeft volledige controle over de SLAVE-apparatuur door middel van de BUS-2EAS , en beheert
alle bewegingen en tijden van beide vleugels.
Zorg dat er geen voorzieningen of kabels op klemmenbord J13 van de SLAVE-besturingseenheid
zijn aangesloten.
De BUS-aansluiting tussen de twee kaarten moet GEPOLARISEERD zijn ten opzichte van de volgorde
van de polen van klemmenbord J12 (POOL (1) - POOL (2)) - (zie Fig. 19).
Als een besturingseenheid als SLAVE wordt geconfigureerd, worden de waarden van een aantal
programmeerparameters die niet meer in het menu zijn weergegeven, geforceerd (
Ph-Op
). Als de kaart weer in de MASTER-modus wordt gebracht, worden deze eerder geforceerde
waarden in de programmering gehandhaafd.

7.4.1 BEKABELING MASTER/SLAVE

7.4.2 SET-UP-PROCEDURE MASTER/SLAVE

Het SET-UP-verzoek, gesignaleerd door het knipperen van de code
zowel de MASTER- als de SLAVE-besturingseenheid verschijnen. In het tweede geval verschijnt op
de MASTER-besturingseenheid foutmelding
vanaf de MASTER-besturingseenheid worden gestart.
Handel als volgt om de SET-UP van een MASTE /SLAVE-installatie uit te voeren:
1. Ontgrendel beide vleugels, zet ze half open en vergrendel ze weer (zie procedure n. 1 par. 7.5 SET-UP)
2. Houd de SET-UP-toets van de MASTE -kaart ingedrukt tot de MASTE -poort begint te bewegen.
. De MASTE -poort voert nu een volledige SET-UP-procedure uit (zie par. 7.5 SET-UP)
4. Als de SET-UP-procedure van de MASTE -kaart eenmaal correct is uitgevoerd, begint de volledige SET-UP-procedure
van de SLAVE-kaart (zie par. 7.5 SET-UP)
5. Als ook deze procedure is voltooid, controleert de MASTE de positie van de SLAVE-vleugel, die in dezelfde stand
(open of gesloten) als de MASTE -vleugel wordt gezet.
6. Procedure voltooid.
Als de hierboven beschreven SET-UP-procedure niet volledig of verkeerd wordt uitgevoerd, moet
hij helemaal worden herhaald vanaf punt 1.
E721
M A
S L
) geen enkele kabel op klemmenbord J1 mag zijn aangesloten,
(1)
BUS
2 EASY
(2)
E721 MASTER
), terwijl bij de SLAVE-apparatuur (parameter
Sluit niets op dit
klemmenbord aan
91
. In elk geval kan een SET-UP-procedure uitsluitend
16
C t
van het eerste
LO-PA-Pb-
(1)
BUS
2 EASY
(2)
E721 SLAVE
Fig. 19
S0
op het display, kan op
532014 - Rev. D