Beoogd Gebruik; Veiligheidsvoorschriften; Inbedrijfstelling - RIEGLER VFR 33 S Instrucciones De Uso

De levensduur van een pneumatische installatie hangt voorna-
melijk van de bereiding van de perslucht af. Daarom worden
in elke pneumatische sturing filter, regelaar, filterregelaar en
oliepot als onderhoudseenheden ingezet die echter correct
bediend en vooral onderhouden moeten worden.

BEOOGD GEBRUIK

De onderhoudseenheden van de „Variobloc"-serie zijn uitslui-
tend bestemd voor het volgende doel:
zuivering van de perslucht uit pijpleidingen.
Toepassingsgebieden:
De onderhoudseenheden zijn in vrijwel elke bedrijfstak inzet-
baar: machinebouw, elektrotechniek, de auto-industrie, enz.
!
Deze apparaten mogen alleen worden gebruikt voor het
voornoemde doel, waarvoor ze speciaal zijn ontworpen.
Elke gebruik waarvoor ze niet zijn bedoeld, wordt bes-
chouwd als oneigenlijk. Voor oneigenlijk gebruik aan-
vaardt de fabrikant/leverancier geen aansprakelijkheid!
Het risico ligt uitsluitend bij de gebruiker.
WAARSCHUWINGEN VOOR GEVAAR
Mogelijke gevaren bij gebruik van het product/risico van de
gebruiker of voor derden.
!
Deze apparaten kunnen gevaarlijk zijn als ze oneigenlijk
worden gebruikt of de veiligheidsvoorschriften niet
worden nageleefd. Een verkeerde bediening en het niet
naleven van de veiligheidsvoorschriften kan ernstig let-
sel en materiële schade veroorzaken.

VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN

De bediener/gebruiker moet zich vertrouwd maken met de wer-
king, montage en inbedrijfstelling van de onderhoudseenheden.
De inbedrijfstelling mag alleen worden uitgevoerd door gekwalifi-
ceerd personeel. Kinderen mogen de apparaten niet bedienen.
Werk altijd met beleid en bescherm uzelf en uw omgeving door
de juiste voorzorgsmaatregelen tegen de gevaren van ongevallen
te treffen.
Neem de desbetreffende veiligheidsnormen en voorschriften, bijv.
„Machinerichtlijn" of andere toepassingsspecifieke normen in acht.
Bij het werken met persluchtapparatuur moet, afhankelijk van de
individuele toepassing, geschikte werkkleding en adequate fysieke
beveiliging (bijv. veiligheidsbril, mond- en gehoorbescherming,
handschoenen) worden gedragen.
Neem voorafgaande aan de montage altijd de aangegeven stro-
mingsrichting op de apparaten in acht.
Controleer alle aansluitingen en slangen op een goede pasvorm
en functionaliteit. Losse of beschadigde slangen kunnen een
ernstige gevaar voor letsel vormen. Gebruik alleen veiligheidskop-
pelingen.
Een koppelingsstekker mag alleen in passende koppelingen wor-
den gestoken. De insteekpal klikt daarbij hoorbaar op zijn plaats.
Zorg ervoor dat er geen uiterlijke schade op de apparaten aan-
wezig is.
Neem de maximale werkdruk van de apparaten en de verbin-
dingsslang in acht. Regel de werkdrukinstelling via de drukrege-
laar. De maximaal toelaatbare werkdruk en -temperaturen mogen
nooit worden overschreden.
Gebruik de apparaten niet als ze niet correct werken of bescha-
digd zijn.
De toestellen voor de onderhoudswerken drukloos maken, anders
bestaat ongevalgevaar.
Voor de inbedrijfstelling de verbindingen van het toestel controle-
ren en, indien nodig, opnieuw aantrekken. Regelaar en filterrege-
laar van druk ontdoen door de draaiknop naar links te draaien
Geen toestellen met kunststof reservoirs op ooghoogte monteren.
De apparaten moeten niet oneigenlijk worden gebruikt of gewij-
zigd.

INBEDRIJFSTELLING

Uitpak het apparaat met zorg. Geen residuen verpakking in het
apparaat. De toestellen voor de onderhoudswerken drukloos
maken, anders bestaat ongevalgevaar. Voor de inbedrijfstelling
de verbindingen van het toestel controleren en, indien no-
dig, opnieuw aantrekken. Regelaar en filterregelaar van druk
ontdoen door de draaiknop naar links te draaien. De gekente-
kende doorstromingsrichting naleven.
INBOUW
Doorstromingsrichting volgens de pijl op de afdekking. De
inbouw zo kort mogelijk bij de verbruikers (max. 5 m afstand).
Ligging: verticaal (regelaar: willekeurige ligging). De toestellen
zijn gemonteerd voor een doorstromingsrichting van links naar
rechts. Bij omgekeerde doorstromingsrichting de manometer
en het reservoir 180° gedraaid monteren. Indien u de toestellen
niet rechtstreeks in de buisleiding wilt inbouwen gebruik dan
bevestigings- en verbindingselementen van de fabrikant.
Opmerkingen over het gebruik van polycarbonaatre-
servoirs
Enkel minerale olies gebruiken en verzekeren dat de reservoirs
niet met stoffen in contact komen die kunststof aantasten. Zeer
gevaarlijk zijn synthetische olies, antivorstmiddelen, reinigings-
en oplosmiddelen. Neem hiervoor onze olieaanbeveling in acht.
reservoirs enkel met lauwwarm water reinigen.
Uit veiligheidsoverwegingen raden wij een punctuele vervanging
van de reservoirs aan (ongeveer om de 3 jaar).
Bij scheurvorming of vertroebeling moeten de reservoirs onmid-
dellijk vervangen worden.
De metalen beschermingskorf kan nageleverd worden en biedt
bescherming tegen mechanische beschadigingen. Hij ver-
hindert gevaren die bij het barsten van de reservoirs kunnen
optreden.
Bij ruwe resp. extreme bedrijfsvoorwaarden (dampen die op-
losmiddelen bevatten) moeten metalen reservoirs en metalen
opzetstuk voor de oliepot gebruikt worden.
NL
23