geworpen, wat ernstig letsel of de dood ten
gevolge kan hebben.
Zorg er voor dat de heup- en schoudergordel
niet los zitten.
De schouderriem van het voertuig moet op
de schouder van het kind en over de borst
gaan.
De heupgordel moet strak over de dijen van
het kind zitten.
Laat een kinderstoeltje NOOIT los staan in de
auto. Een los kinderstoeltje kan alle kanten
uit geworpen worden en kan de inzittenden
verwonden bij een scherpe bocht, plotseling
remmen of een botsing. Haal het weg of zorg
ervoor dat het stevig vast zit in het voertuig.
Laat NOOIT bagage of andere voorwerpen
los slingeren in een voertuig; de kans is groot
dat ze letsel veroorzaken bij een botsing.
Vervang het zitje in het kinderstoeltje na
een ongeluk van welke soort dan ook. Een
ongeluk kan schade aan het kinderstoeltje
veroorzaken die u niet kunt zien.
Pas het kinderstoeltje NIET aan en gebruik
geen accessoires of onderdelen die door
andere fabrikanten geleverd zijn.
27
Instructies AACE
Gebruik NOOIT een kinderstoeltje als dit
beschadigde of ontbrekende onderdelen
heeft. Gebruik NOOIT een gesneden,
gerafelde of beschadigde veiligheidsgordel.
Het zitje in het kinderstoeltje kan heel heet
worden als het in de zon staat. Bij aanraking
met deze onderdelen kan de huid van uw
kind verbranden. Raak altijd het oppervlak
van metalen of plastic onderdelen aan
voordat u uw kind in het kinderstoeltje zet.
Uit statistieken van ongelukken blijkt dat
kinderen veiliger zijn als ze goed vast zitten
in een zittende positie op de achterbank
in plaats van op de passagiersstoel voorin.
Raadpleeg voor een voertuig met airbag
voor de passagier voorin, de handleiding
van uw voertuig en deze instructies voor de
installatie van het kinderstoeltje.
Geef dit kinderstoeltje NOOIT aan iemand
anders zonder ook deze handleiding te
geven.
Gebruik NOOIT een tweedehands
kinderstoeltje of een waarvan u de afkomst
niet kent.
Gebruik dit kinderzitje NIET zonder de zachte
onderdelen.
28
Instructies AACE